Evenals de afgelopen jaren schrijft Deventer zwarte cijfers. Na alle verrekeningen, zoals budgetoverhevelingen, bedraagt het saldo €9,0 miljoen voordelig. In de 3e kwartaalrapportage 2020 was nog uitgegaan van een voordeel van €1,5 miljoen. In het 4e kwartaal was de prognose een voordelig resultaat van €8,432. Bij de 1e kwartaalrapportage 2021 is dit resultaat bijgesteld naar €8,359.
Het voordelig saldo wordt conform het gestelde in de 4e kwartaalrapportage gestort in de generieke weerstandsreserve.
Vanuit financieel perspectief is 2020 een bijzonder jaar geweest. De uitbraak van COVID-19 (Corona) eind februari 2020 heeft een enorme impact gehad.
Meer informatie
Uitgaven en inkomsten
Uitgaven
In 2020 heeft de gemeente €399,8 miljoen uitgegeven aan haar taken, activiteiten en stortingen in de reserves (programma’s 1 tot en met 11). Aan algemene dekkingsmiddelen (programma 12) is ruim €16,4 miljoen uitgegeven. Het gaat hier onder meer om:
- financieringslasten;
- stortingen in gemeentelijke reserves;
- diverse bedrijfsvoeringskosten.
Inkomsten
Zonder inkomsten geen uitgaven. De gemeente heeft verschillende inkomsten. Die komen voor het grootste deel uit de algemene dekkingsmiddelen.
De totale inkomsten bedroegen in 2020:
- €176,7 miljoen via de 11 programma’s;
- €256,8 miljoen aan algemene dekkingsmiddelen. In totaal €433,5 miljoen (inclusief bedragen uit reserves).
Het totaal aan lokale heffingen en onroerendezaakbelastingen bedraagt hiervan €59,3 miljoen.
Verkorte Balansweergave
(bedragen x €1.000) | |||||
Activa | 31-12-2020 | 31-12-2019 | Passiva | 31-12-2020 | 31-12-2019 |
---|---|---|---|---|---|
Vaste activa | Eigen vermogen | ||||
Immateriële vaste activa | 4.537 | 3.401 | Algemene reserve | 21.395 | 18.778 |
Materiële vaste activa | 243.373 | 247.082 | Bestemmingsreserves | 57.080 | 58.306 |
Financiële vaste activa | 64.545 | 59.827 | Resultaat rekening | 17.326 | 4.123 |
Totaal Eigen Vermogen (1) | 95.801 | 81.207 | |||
Voorzieningen (2) | 12.483 | 11.919 | |||
Vaste schulden (3) | 282.175 | 319.207 | |||
Totaal Vaste activa | 312.455 | 310.310 | Totaal Vaste financieringsmiddelen (1+2+3) | 390.459 | 412.333 |
Vlottende activa | Vlottende passiva | ||||
Voorraden | 51.392 | 64.304 | Kortlopende schulden | 26.382 | 17.795 |
Vorderingen | 53.743 | 36.802 | Overlopende passiva | 35.959 | 25.024 |
Liquide middelen | 1.283 | 2.480 | |||
Overlopende activa | 33.927 | 41.256 | |||
Totaal Vlottende activa | 140.345 | 144.842 | Totaal Vlottende passiva | 62.341 | 42.819 |
Totaal generaal | 452.800 | 455.152 | Totaal generaal | 452.800 | 455.152 |
Activa
De daling van de activa is met name het gevolg van de afname van de vlottende activa. Bij de voorraden is met name de boekwaarde van bedrijvenpark A1 gedaald. De vorderingen zijn met name gestegen door de uitzettingen in 's Rijks schatkist. Bij de overlopende activa zorgen het facilitair grondbeleid A1 en Spikvoorde voor de grootste afname.
Passiva
Het eigen vermogen is gestegen in vergelijking met 2019. Het vreemd vermogen (vaste schulden) is gedaald. Dit komt door het aflossen van geldleningen. De vlottende passiva is gestegen. Dit komt met name door het banksaldo bij de BNG en voorschot bedragen van het Rijk voor oa TOZO, Woningbouwimpuls en Proeftuin met aardgasvrije wijk.
Ontwikkeling Eigen Vermogen
Structurele bedragen
De diverse voor- en nadelen in de rekening 2020 zijn deels van structurele aard. Een deel hiervan is al verwerkt in de begroting 2021. Dit geldt niet voor:
Algemene uitkering
Op basis van de uitkomsten van de decembercirculaire 2020 is vanaf 2021 een structureel nadeel te ramen van €362.000. Dit loopt richting 2025 geleidelijk af naar €273.000.
Sociaal domein (WMO-onderdelen)
Op basis van de rekening 2020 zijn bepaalde voordelen, zoals WMO-dienstverlening en Samenkracht structureel. Dit effect zal worden betrokken bij de voorjaarsnota 2021.
Reserves
Per 1 januari 2020 bedroeg het saldo van de reserves €77 miljoen (exclusief rekeningresultaat). In de jaarrekening 2020 is dit gestegen naar €78 miljoen (exclusief rekeningresultaat). De stand van de reserves op 31 december 2019 en 31 december 2020 kan over de verschillende categorieën als volgt worden verdeeld:
(bedragen x €1.000) | ||
---|---|---|
31-12-2019 | 31-12-2020 | |
Reserves met specifiek weerstandsmotief | 14.260 | 14.605 |
Reserves met algemeen weerstandsmotief | 4.517 | 6.790 |
Bestemmingsreserves met bestedingsfunctie | 8.149 | 7.602 |
Bestemmingsreserves met egalisatiefunctie | 29.088 | 27.715 |
Bestemmingsreserves met rentebeslag | 5.107 | 6.445 |
Financieel technische bestemmingsreserves | 15.962 | 15.318 |
De grootste mutaties worden hieronder toegelicht:
Reserves met algemeen weerstandsmotief
De stijging komt met name door het bijstellen van de verliesvoorziening A1. Dit bedrag komt ten gunste van de reserve.
Bestemmingsreserves met bestedingsfunctie
De daling wordt name veroorzaakt door een putting uit de reserve Jeugdprojecten. In de 3e kwartaalrapportage 2019 is hierover het besluit genomen.
Bestemmingsreserve met egalisatiefunctie
De grootste mutaties zitten in de reserve algemeen ontroerende zaken, overlopende uitgaven en de reserve DOWR-I kapitaallasten.
Bestemmingsreserve met rentebeslag
Dit betreft een storting in de vermogensreserve door de verkoop van de voormalige bibliotheek aan de Brink.
In de bijlagen is een standenregister toegevoegd, waarin de diverse begrote puttingen en stortingen in/uit reserves en de werkelijke worden weergegeven. Hierbij is ook vermeld wanneer de raad dit besluit heeft genomen.
Resultaat grondexploitaties
De waardering van de grondexploitaties is gedurende 2020 verbeterd. Dit is een direct resultaat van de geboekte voortgang in de gerealiseerde verkopen van het A1 Bedrijvenpark en de gewijzigde rol van de gemeente in het project Steenbrugge. Als gevolg hiervan zijn de voorzieningen afgenomen met circa €1,9 miljoen en heeft een winstuitneming van €313.000 kunnen plaatsvinden. Ook de omvang van de risico’s waarvoor weerstandsvermogen wordt aangehouden is afgenomen met circa €1,2 miljoen. Zie voor een nadere toelichting paragraaf Grondbeleid .
Renteresultaat
Het renteresultaat voor 2020 bedraagt €0,09 miljoen negatief. Dit is het verschil tussen de doorbelaste rente aan activa en de werkelijke rentekosten. Het begrote renteresultaat 2020 bedroeg het resultaat €0,08 miljoen negatief. Dit verschil van €0,01 miljoen wordt met name veroorzaakt door hogere rentelasten langlopende leningen.
Weerstandsparagraaf
De gemeente beschikt over voldoende weerstandsvermogen als de uitkomst van de ratio tussen beschikbare weerstandscapaciteit en de benodigde capaciteit minimaal 1 is. In de rekening bedraagt de ratio 1,088.
Vergeleken met de begroting 2021 die in november 2020 is vastgesteld is de omvang van de risico’s €1.420.000 lager. Dit wordt voornamelijk veroorzaakt door, per saldo een significant lager risico in de grondexploitaties (zie paragraaf grondbeleid) en een beperkte stijging van de risico’s in het sociaal domein (zie programma Meedoen), bij de uitkeringslasten (BUIG) en bij de implementatie van de omgevingswet.
Het beschikbare weerstandsvermogen is gedaald met €200.000. Conform de beleidsnota's: risicomanagement en weerstandsvermogen en reserves en voorzieningen wordt het meerdere boven de ratio 1 (€1.285.000) gestort in de generieke weerstandsreserve.
Vennootschapsbelasting
Per 1 januari 2016 is de wet modernisering Vennootschapsbelastingplicht (wet Vpb) overheidsondernemingen in werking getreden. De gemeente Deventer is in 2014 gestart met een onderzoek naar de gevolgen van de invoering van deze wet. Het onderzoek is gebaseerd op de activiteiten en cijfers van 2015 en 2016. Dit onderzoek heeft geresulteerd in een tweetal rapportages;
Implementatietraject Vpb (06-12-2016)
In dit rapport is uitvoerig ingegaan op het proces van wetsonderzoek, activiteit inventarisatie en beoordeling en toetsing daarvan aan het wettelijk kader. Op basis van onderzoek naar de feiten en omstandigheden is vervolgens het standpunt ingenomen, dat de gemeente Deventer voor geen enkele activiteit kwalificeert als onderneming in de zin van de wet Vpb (ondernemingstoets).
Vpb en het grondbedrijf (03-02-2017)
In de memo wordt ingegaan op het DNA (profiel) van het grondbedrijf. Vervolgens is op basis van het toepassen van de zogenaamde QuickScan (ontwikkeld door de Samenwerking Vennootschapsbelasting Lokale Overheden - SVLO) onderzocht of de gemeente Deventer met haar grondexploitatie activiteiten een onderneming vormt voor de wet Vpb.
Op basis van de uitkomst van het onderzoek naar de activiteiten van het Grondbedrijf en het toepassen van de QuickScan is het standpunt van Deventer dat zij, ook voor haar Grondbedrijf activiteiten, niet kwalificeert als onderneming in de zin van de wet Vpb (ondernemingstoets).
Op de uitkomsten van de onderzoeken is een review gehouden door een extern belastingadviesbureau. Daarbij is onder andere de juiste toepassing van de wet- en regelgeving beoordeeld. Door het betreffende adviesbureau is vervolgens het volgende geconcludeerd voor wat betreft de accountantscontrole jaarrekening 2016;
Onderhavige beoordeling (rapport Beoordeling van de Concept-Rapportage van de Vpb-plicht – Gemeente Deventer) toont richting de accountant aan dat in het proces en de vastlegging van de onderliggende onderbouwing van de eventuele vennootschapsbelastingplicht voldoende ‘checks en balances’ zijn opgenomen.
Het proces van de invoering van de Vpb plicht voor overheidsbedrijven was op het moment van onderzoek nog niet afgerond. Onder andere de VNG, VVG, IPO, Belastingdienst en het Ministerie van Financiën waren nog in overleg over belangrijke details in de uitvoering. Op dit moment (eind 2020) heeft de Belastingdienst zich slechts beperkt uitgelaten over de onduidelijkheden bij de inventarisatie van de Vpb-plicht van gemeenten in het algemeen en de gemeentelijke grondbedrijven in het bijzonder. Er bestaan derhalve nog een aantal risico’s en onduidelijkheden, waarover wellicht in de komende periode meer duidelijkheid gaat bestaan.
Stand van zaken ultimo boekjaar 2020
Aangiften Vpb boekjaar 2016, 2017 en 2018
In 2019 en 2020 heeft de gemeente Deventer op uitnodiging van de Belastingdienst aangifte vennootschapsbelasting gedaan voor de jaren 2016, 2017 en 2018. Dit betroffen zogenaamde ‘nihil’ aangiften. De gemeente Deventer stelt zich op het standpunt dat zij voor haar gehele organisatie niet belastingplichtig is volgens de Wet op de vennootschapsbelasting 1969.
De Belastingdienst heeft, op basis van de aangifte 2016 met daarop volgend verschillende vraag en antwoord sessies over reclame activiteiten, de gemeente Deventer in mei 2020 over de ‘winst’ op betreffende reclame activiteiten een aanslag vennootschapsbelasting opgelegd. Deze is, om oplopende belastingrente te voorkomen, direct betaald.
Vervolgens heeft de gemeente Deventer in juni 2020 pro forma bezwaar aangetekend tegen de aanslag en tegelijkertijd de Belastingdienst verzocht om, voor de motivering op dit bezwaar, uitstel te verlenen tot na de bespreking (hoorgesprek) van de verschillende vragen en antwoorden. De Belastingdienst heeft het verzoek gehonoreerd echter heeft deze, vanwege COVID-19 maatregelen, nog niet plaatsgevonden. De verwachting is dat de bespreking medio 2021 zal plaatsvinden.
Op basis van de uitkomst van de bespreking bepaald de gemeente Deventer op zij aanvullende fiscaal juridische stappen onderneemt om haar standpunt inzake Vpb-plicht voor de reclame activiteiten te bepleiten. Onder "Vpb en reclame" wordt nader ingegaan op de activiteit reclame.
Vpb en Grondbedrijf
In het kader van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969 wordt jaarlijks beoordeeld of er voor het grondbedrijf van de gemeente Deventer sprake is van een onderneming en daarmee vennootschapsbelastingplicht. Bij dit onderzoek naar het cluster van grondgerelateerde activiteiten (grondexploitaties) binnen het grondbedrijf wordt gebruik gemaakt van een model dat is gebaseerd op de QuickScan en de Post-QuickScan gepubliceerd door het SVLO. De onderzoeksresultaten worden vastgelegd in een rapportage "Vastlegging Vpb-plicht grondbedrijf".
In 2020 is op basis van een jaarrekening 2019 en het MPG 2020 het model doorgerekend en is geconstateerd dat het Grondbedrijf niet door de ondernemingspoort gaat. Met de grondgerelateerde activiteiten van de gemeente Deventer wordt in 2019 niet voldaan aan de ondernemingscriteria volgens de Wet Vpb. Hierdoor is over het boekjaar 2019 geen sprake van Vpb-plicht. Voor het jaar 2020 wordt deze beoordeling in 2021 opnieuw uitgevoerd.
Vpb en reclame
Veel gemeenten hebben met reclame exploitanten contracten afgesloten op basis waarvan de gemeente delen van de publieke ruimte (grond, lichtmasten, abri’s, billboards, rotondes, etc.) tegen vergoeding exclusief ter beschikking stelt aan de exploitant. Op dit moment hebben diverse gemeenten met de Belastingdienst een discussie lopen over de vraag of de gemeente vennootschapsbelastingplichtig is voor de resultaten die met deze activiteiten worden behaald. Dit geldt ook voor de gemeente Deventer.
Ten behoeve van de ingediende aangifte vennootschapsbelasting 2016 is door de gemeente Deventer beoordeeld of de activiteit ‘reclame in de openbare ruimte’ belastingplichtig is voor de vennootschapsbelasting. Uit de analyse blijkt dat deze activiteit als normaal vermogensbeheer kwalificeert en dat er geen sprake is van een ‘duurzame organisatie van kapitaal en arbeid’. Gelet hierop is de activiteit niet belastingplichtig voor de vennootschapsbelasting en derhalve niet opgenomen in de aangiften vennootschapsbelasting 2016, 2017 en 2018. De gemeente Deventer heeft over het niet belastingplichtig zijn voor haar reclame activiteiten een pleitbaar standpunt ingenomen.
Op dit moment zijn de VNG en de Belastingdienst in gesprek over het aanhouden van bezwaren in afwachting van fiscaal juridische procedures die zijn gestart door verschillende andere gemeenten. De uitkomst daarvan zal even duren en vormt daarmee een onzekerheid voor de gemeente Deventer.
Conclusie
De gemeente Deventer stelt zich op dit moment op een pleitbaar standpunt dat zij met haar activiteiten niet door de "ondernemingspoort" gaat. De aanslag van de Belastingdienst voor de opbrengsten voor de reclame activiteiten over 2016 doet daar niet aan af. De gemeente Deventer wacht met vertrouwen de uitkomst van haar fiscaal juridische stappen af, evenals de uitkomst van de landelijke procedures.
(bedragen x €1.000) | |||
Jaarrekening 2019 | Begroting na wijziging 2020 | Jaarrekening 2020 | |
Gerealiseerde totaal van lasten en baten (exclusief puttingen en stortingen) | 7.139 | -12.182 | 14.594 |
Mutaties via reserves: | |||
- Saldo van stortingen en onttrekkingen in/uit reserves | -2.622 | 14.036 | 3.065 |
- Toevoeging rente aan reserves | -393 | -334 | -334 |
Gerealiseerd resultaat | 4.124 | 1.520 | 17.325 |
Overige resultaatbestemming: | |||
Reservering overlopende uitgaven en inkomsten | -2.588 | 0 | -8.342 |
Resultaat | 1.536 | 1.520 | 8.983 |
Meer informatie
Toelichting op resultaatverschillen begroting 2020 en jaarrekening 2020
Gerealiseerde totaal saldo van baten en lasten
Er is een verschil tussen het saldo van de begroting en rekening. Dit kunnen in de diverse programma’s zowel voordelige als nadelige verschillen zijn. Voor een toelichting wordt verwezen naar de toelichting op de programmabladen.
Mutaties via reserves
In de begroting 2020 werd ervan uitgegaan dat per saldo €14,0 miljoen uit de reserves zou worden onttrokken. In de jaarrekening 2020 is dit per saldo een onttrekking van €3,1miljoen. De verschillen worden toegelicht in bijlage 6 van de jaarrekening.
Rente over reserves
Het rentebedrag dat aan de reserves is toegevoegd, is in vergelijking met de bijgestelde begroting 2020 ongewijzigd.
Over te hevelen budgetten
Een overzicht van de overgehevelde budgetten vindt u in bijlage 1 van het jaarverslag.
Analyse rekeninguitkomst 2020
In de 3e kwartaalrapportage 2020 werd uitgegaan van een voordelig resultaat van €1,5 mln. Het resultaat van de jaarrekening 2020 bedraagt €17,3 miljoen voordelig. Door het voordelige resultaat van €17,3 miljoen aan te passen met de over te hevelen budgetten van €8,3 miljoen ontstaat een voordelig nettoresultaat van €9,0 miljoen. Op hoofdlijnen is dit voordelig resultaat als volgt te verklaren.
Uitkomst rekening 2020 (bedragen x €1.000) [ -/- = Nadeel] | ||||
Nr. | Omschrijving | Programma | Bedrag | Toelichting |
---|---|---|---|---|
a | Burgemeester en wethouders | Burger en bestuur | 100 | Het voordeel wordt veroorzaakt door lagere loonkosten van oud-wethouders (€70.000) en vrijval van een wethouders voorziening (€10.000). Het overige voordeel betreft een daling van kosten door corona zoals dienstreizen, representatie en opleidingen/trainingen (€20.000). |
b | Duurzaamheid | Milieu en duurzaamheid | -134 | Op het taakveld duurzaamheid is sprake van een negatief resultaat van €134.000. Dit tekort wordt onder andere veroorzaakt door €30.000 tekort voor RES-participatie (raadsmotie). Gemeente brede participatietrajecten vragen een grote ambtelijke inzet. En €30.000 tekort voor de Windverkenning (collegeopdracht) die meer onderzoek en ambtelijke inzet (o.a. in de raadpleging) kostte dan voorzien. Het in stand houden van de it-infrastructuur en de verkenning van de doorstart van Transform in 2020 was een kostenpost (€24.000) waar geen rekening mee was gehouden. Ook met de noodzakelijke kostenpost voor de externe facilitatie en noodzakelijke onderzoeken van de samenwerking in het project Fossielvrij en Betaalbaar Wonen (€25.000) was onvoldoende rekening gehouden. Deze samenwerking heeft echter wel gezorgd voor de versnelling in Slim Warmtenet Zandweerd, de transitievisie Warmte en de WUP’s. |
c | Ruimtelijke ontwikkeling/leges | Ruimtelijke ontwikkeling | 204 | Het voordeel op programma Ruimtelijke ontwikkeling wordt veroorzaakt doordat wij meer inkomsten bouwleges hebben ontvangen. |
d | Minimabeleid | Inkomensvoorziening en arbeidsmarkt | 305 | Dit voordeel betreft voornamelijk een onderbesteding op de bijzondere bijstand. Circa €95.000 hiervan betreft de lasten voor beschermingsbewind. Daarnaast is vooral minder aanvullende bijstand voor jongeren tot 21 jaar verstrekt en bijzonder bijstand voor woninginrichting. In 2021 wordt het nieuwe beleid voor minima en schuldhulpverlening opgesteld, inclusief een evaluatie van voorgaande jaren. De analyse van de bestedingen bijzondere bijstand wordt daarin meegenomen. |
e | TOZO uitvoeringskosten | Inkomensvoorziening en arbeidsmarkt | 1.288 | Voor de uitvoering van de Tozo wordt per genomen besluit levensonderhoud €450,00 beschikbaar gesteld en per genomen besluit krediet €800,00. Op basis van het aantal besluiten levensonderhoud (2600) en het aantal besluiten bedrijfskredieten (366) verwachten wij €1.463.000 als vergoeding. In 2020 is voor |
f | Beschermd wonen | Meedoen | 1.276 | Op de reguliere begroting lokale activiteiten BW-MO is er een voordeel van €150.000. Dit betreft een eenmalig voordeel. In september 2019 is een extra subsidie aan Vriendendiensten verstrekt die voor de periode september 2019 t/m december 2020 geldt. Vanaf 2021 maakt deze subsidie weer onderdeel uit van de reguliere jaarafspraken met Vriendendiensten. |
g | Samenkracht | Meedoen | 405 | Op Samenkracht is er sprake van een onderbesteding. Deze onderbesteding zit met name in de volgende onderdelen; onderbesteding innovatie WMO (€50.000), lager gebruik Meedoenbudget (€30.000), onderbesteding preventie Jeugd (€172.000) en een lager gebruik kinderopvang (€132.000). |
h | Hulpmiddelen | Meedoen | 226 | In de decembercirculaire 2020 is het rijksbudget met €101.000 gekort, omdat uit nacalculatie van het Rijk bleek dat te weinig geld was overgeheveld naar de Wlz. Deze korting staat op programma Algemene Middelen, omdat mutaties uit de decembercirculaire niet meer in de begroting kunnen worden gewijzigd. |
i | WMO dienstverlening | Meedoen | 997 | De uitgaven WMO dienstverlening (persoonlijke ondersteuning, dagbesteding en hulp bij het huishouden) zijn significant lager dan begroot. Over de gehele linie zien we dat de kosten (als gevolg van Corona) teruglopen terwijl we in de 3e kwartaalrapportage rekening hielden met een stabilisatie. |
j | Vraagafhankelijk vervoer | Meedoen | 450 | Als gevolg van Corona ligt het volume van het vraagafhankelijk vervoer fors lager dan andere jaren. In de jaarrekening van PlusOV is rekening gehouden met compensatie van meerkosten en niet gereden ritten. Ondanks deze compensatie zijn de vervoer- en organisatiekosten €450.000 lager dan begroot in 2020. |
k | Volksgezondheid | Meedoen | 126 | Op Volksgezondheid zien we een onderbesteding die vooral komt doordat de GGD in dit hectische jaar haar capaciteit niet heeft kunnen inzetten op het uitvoeren van inspecties kinderopvang. |
l | Schuldhulpverlening | Meedoen | -119 | Diverse opbrengsten met betrekking tot schuldhulpverlening zijn in de realisatie lager dan begroot. Dit leidt tot een nadeel van €97.000, waarvan de belangrijkste een lagere opbrengsten WSNP en budgetbeheer. De daling in inkomsten is met name een gevolg van het teruglopen van het aantal aanvragen voor schuldhulpverlening (een landelijke ontwikkeling sinds de start van de corona maatregelen). Tevens wordt er een dotatie gedaan in de voorziening dubieuze debiteuren ad €39.000. |
m | Onderwijshuisvesting | Jeugd en onderwijs | -105 | Coronaproof maken van de gymzalen heeft extra kosten met zich meegebracht (€60.000). Voor de beheertaken van de gymlokalen en de taken voor de VVE/ beheerstichtingen is de managing partner van Vastgoed ingehuurd om deze beheertaken te professionaliseren (€55.000). |
n | Leerlingenvervoer | Jeugd en onderwijs | 290 | Sinds 1 augustus 2019 voert de gemeente Deventer het leerlingenvervoer zelfstandig uit, na een aanbesteding samen met Apeldoorn en Zutphen. De kosten onder de nieuwe aanbesteding vallen lager uit dan voorzien. Bovendien is een deel van de ritten uitgevallen door Corona, waarbij 80% van de kosten zijn doorbetaald. Het voordeel valt hoger uit dan gemeld bij de derde kwartaalrapportage, doordat het Coronaeffect lastig in te schatten was. |
o | Peuterspelen | Jeugd en onderwijs | 116 | Het gebruik van peuterspelen is lager dan voorzien zoals aangekondigd in de 3e kwartaalrapportage. De uitgaven aan peuterspelen zijn conjunctuur gevoelig. |
p | Jeugdzorg | Jeugd en onderwijs | 382 | De kosten Jeugdzorg vallen €382.000 lager uit dan begroot. Grotendeels is dit te verklaren door een lagere bijdrage aan Veilig Thuis. Bij de begroting 2020 was een tekort voorzien, waardoor de gemeentelijke bijdrage werd verhoogd. In het najaar 2020 is echter het rijksbudget voor de centrumgemeente (Zwolle) verhoogd, waardoor een extra bijdrage van de IJssellandse gemeenten niet meer nodig is. Dit leidt in 2020 tot een voordeel van €265.000. Verder zijn de door de zorgaanbieders aangevraagde meerkosten Corona voor Jeugd lager dan voorzien.. |
q | Bedrijfsvoering | Bedrijfsvoering | 877 | Bij Facilitaire Zaken zien we een voordeel van €370.000. Het vele thuiswerken door corona heeft gezorgd voor een significant lager verbruik van o.a. warme dranken, catering, printkosten en frankeringskosten. Het overige voordeel wordt veroorzaakt door Biebquest en lagere personele lasten. |
r | Algemene dekkingsmiddelen | Algemene dekkingsmiddelen | 2.085 | Dit betreft de uitkomst van de 3e kwartaalrapportage (€1,5 miljoen voordelig), de niet gebruikte post Onvoorzien (€231.000), een eenmalig voordeel van €239.000 door vermelding van obligaties op de balans en overige kleine verschillen. |
s | Diversen | Diverse | 214 |
Resultaatontwikkeling
De resultaatbestemming omvat alle stortingen in en puttingen uit de reserves, die ten laste komen respectievelijk ten gunste komen van de exploitaties. Ook is in dit programma de rente, die wordt toegevoegd aan de reserves opgenomen.
(bedragen x €1.000) | |||||
Omschrijving | Lasten/Baten | Primitieve begroting | Begroting na wijziging | Rekening | Verschil |
---|---|---|---|---|---|
Toevoegingen rente aan reserves | 321 | 334 | 334 | 0 | |
Stortingen in reserves | Lasten | 10.852 | 18.680 | 34.716 | -16.036 |
Puttingen uit reserves | Baten | 13.673 | 32.716 | 37.781 | -5.065 |
Saldo | 2.500 | 13.702 | 2.731 | 10.971 |
Voor een specificatie van de stortingen in en puttingen uit diverse reserves wordt verwezen naar bijlage 6 Resultaatbestemming via reserves .
De rekeninggegevens bestaan uit de balans tussen bezittingen en schulden, de toelichting op de verschillende onderdelen hiervan en de rekening van baten en lasten. Dit is het resultaat.
Meer informatie
Overzicht Baten en Lasten
(bedragen x €1.000) | ||||||||||||
Primitieve begroting | Begroting na wijziging | Rekening | Verschil | |||||||||
Lasten | Baten | Saldo | Lasten | Baten | Saldo | Lasten | Baten | Saldo | Lasten | Baten | Saldo | |
Programma | ||||||||||||
Burger en bestuur | 7.081 | 1.233 | -5.848 | 7.087 | 1.148 | -5.939 | 6.922 | 1.151 | -5.771 | -165 | 3 | 168 |
Openbare orde en veiligheid | 10.622 | 670 | -9.952 | 11.335 | 848 | -10.487 | 11.502 | 975 | -10.527 | 167 | 127 | -40 |
Leefomgeving | 35.028 | 15.144 | -19.884 | 39.668 | 14.434 | -25.234 | 38.303 | 15.365 | -22.938 | -1.365 | 931 | 2.296 |
Milieu en duurzaamheid | 17.511 | 15.307 | -2.204 | 18.321 | 15.764 | -2.557 | 17.789 | 15.482 | -2.307 | -532 | -282 | 250 |
Ruimtelijke ontwikkeling | 6.673 | 4.458 | -2.215 | 9.255 | 4.240 | -5.015 | 8.881 | 4.858 | -4.023 | -374 | 618 | 992 |
Herstructurering en vastgoed | 20.130 | 21.010 | 880 | 23.512 | 24.502 | 990 | 28.306 | 30.418 | 2.112 | 4.794 | 5.916 | 1.122 |
Inkomensvoorziening en arbeidsmarkt | 71.641 | 41.844 | -29.797 | 89.942 | 56.135 | -33.807 | 86.959 | 55.195 | -31.764 | -2.983 | -940 | 2.043 |
Meedoen | 85.135 | 4.251 | -80.884 | 94.212 | 5.052 | -89.160 | 82.829 | 5.251 | -77.578 | -11.383 | 199 | 11.582 |
Jeugd en onderwijs | 38.867 | 3.496 | -35.371 | 39.220 | 3.951 | -35.269 | 38.437 | 3.851 | -34.586 | -783 | -100 | 683 |
Economie en internationaal beleid | 3.592 | 1.427 | -2.165 | 3.992 | 1.042 | -2.950 | 3.855 | 1.036 | -2.819 | -137 | -6 | 131 |
Kunst en cultuur | 16.007 | 1.242 | -14.765 | 17.355 | 2.729 | -14.626 | 17.341 | 2.847 | -14.494 | -14 | 118 | 132 |
Bedrijfsvoering | 34.094 | 8.203 | -25.891 | 36.004 | 9.025 | -26.979 | 33.400 | 8.459 | -24.941 | -2.604 | -566 | 2.038 |
Subtotaal programma's | 346.381 | 118.285 | -228.096 | 389.903 | 138.870 | -251.033 | 374.524 | 144.888 | -229.636 | -15.379 | 6.018 | 21.397 |
Algemene dekkingsmiddelen | ||||||||||||
Algemene uitkeringen | 0 | 204.714 | 204.714 | 0 | 217.408 | 217.408 | 0 | 218.037 | 218.037 | 0 | 629 | 629 |
Lokale heffingen | -17 | 27.400 | 27.417 | -17 | 27.572 | 27.589 | -10 | 27.588 | 27.598 | 7 | 16 | 9 |
Calculatieverschillen | 3.494 | 2.770 | -724 | 4.025 | 2.930 | -1.095 | 3.933 | 3.065 | -868 | -92 | 135 | 227 |
Saldo financieringsfunctie | 199 | 0 | -199 | 266 | 0 | -266 | 282 | 0 | -282 | 16 | 0 | -16 |
Dividend | 0 | 1.331 | 1.331 | 0 | 524 | 524 | 0 | 887 | 887 | 0 | 363 | 363 |
Overige algemene dekkingsmiddelen | 971 | 390 | -581 | 1.165 | 962 | -203 | 1.227 | 1.233 | 6 | 62 | 271 | 209 |
Uitvoeringskosten lokale heffingen | 1.579 | 3 | -1.576 | 1.153 | 3 | -1.150 | 1.148 | 0 | -1.148 | -5 | -3 | 2 |
Stelposten | 3.705 | -850 | -4.555 | 3.724 | 0 | -3.724 | 0 | 0 | 0 | -3.724 | 0 | 3.724 |
Vennootschapsbelasting | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Subtotaal Algemene dekkingsmiddelen | 9.931 | 235.758 | 225.827 | 10.316 | 249.399 | 239.083 | 6.580 | 250.810 | 244.230 | -3.736 | 1.411 | 5.147 |
Onvoorzien | 231 | 0 | -231 | 231 | 0 | -231 | 0 | 0 | 0 | -231 | 0 | 231 |
Resultaat voor resultaatbestemming | 356.543 | 354.043 | -2.500 | 400.450 | 388.269 | -12.181 | 381.104 | 395.698 | 14.594 | -19.346 | 7.429 | 26.775 |
Mutaties reserves | ||||||||||||
Burger en bestuur | 0 | 52 | 52 | 137 | 122 | -15 | 137 | 90 | -47 | 0 | -32 | -32 |
Openbare orde en veiligheid | 6 | 3 | -3 | 97 | 278 | 181 | 97 | 351 | 254 | 0 | 73 | 73 |
Leefomgeving | 430 | 550 | 120 | 1.521 | 3.659 | 2.138 | 1.372 | 2.779 | 1.407 | -149 | -880 | -731 |
Milieu en Duurzaamheid | 3 | 306 | 303 | 3 | 634 | 631 | 137 | 376 | 239 | 134 | -258 | -392 |
Ruimtelijke ontwikkeling | 1.000 | 852 | -148 | 49 | 2.810 | 2.761 | 49 | 2.346 | 2.297 | 0 | -464 | -464 |
Herstructurering en vastgoed | 23 | 91 | 68 | 1.572 | 1.529 | -43 | 12.965 | 11.800 | -1.166 | 11.393 | 10.271 | -1.122 |
Inkomensvoorziening en arbeidsmarkt | 0 | 86 | 86 | 0 | 3.867 | 3.867 | 0 | 3.597 | 3.597 | 0 | -270 | -270 |
Meedoen | 1.165 | 2.564 | 1.399 | 1.779 | 8.259 | 6.480 | 6.923 | 6.319 | -604 | 5.144 | -1.940 | -7.084 |
Jeugd en onderwijs | 0 | 1.265 | 1.265 | 135 | 979 | 844 | 135 | 979 | 844 | 0 | 0 | 0 |
Economie en internationaal beleid | 0 | 38 | 38 | 0 | 159 | 159 | 0 | 153 | 153 | 0 | -6 | -6 |
Kunst en cultuur | 43 | 1.160 | 1.117 | 1.741 | 1.761 | 20 | 1.733 | 1.580 | -153 | -8 | -181 | -173 |
Bedrijfsvoering | 1.042 | 979 | -63 | 1.588 | 1.844 | 256 | 1.655 | 1.480 | -175 | 67 | -364 | -431 |
Algemene dekkingsmiddelen | 7.462 | 5.727 | -1.735 | 10.391 | 6.816 | -3.575 | 9.846 | 5.931 | -3.915 | -545 | -885 | -340 |
Totaal Mutaties reserves | 11.174 | 13.673 | 2.499 | 19.013 | 32.717 | 13.704 | 35.049 | 37.781 | 2.731 | 16.036 | 5.064 | -10.972 |
Resultaat na resultaatbestemming | 367.716 | 367.716 | 0 | 419.463 | 420.986 | 1.523 | 416.153 | 433.479 | 17.325 | -3.310 | 12.493 | 15.803 |
Toelichting op de programmarekening
Hieronder volgt een korte toelichting op hoofdlijnen van de verschillen in saldi van de uitkomsten tussen de begroting 2020 na wijziging en de realisatie 2020. Dit betreft verschillen inclusief de puttingen en stortingen uit/in reserves. Een gedetailleerde toelichting treft u aan in de programmatoelichting in het jaarverslag.
Programma Burger en bestuur
Het voordeling resultaat van €134.000 betreft voordelen door lagere kosten oud-wethouders en op kosten van de raad. Een nadeel door kosten voor Softwareapplicaties voor burgerzaken.
Programma Openbare orde en veiligheid
De lasten en baten in dit programma verschillen €32.000 voordelig. Dit zijn per saldo diverse onderwerpen met kleine verschillen.
Programma Leefomgeving
Het programma heeft een nadelig resultaat van €100.000. Dit zijn per saldo diverse onderwerpen; de kosten voor apparaatslasten en straatreiniging zijn hoger geweest terwijl de kosten vanwege beperkte inzet op gladheidsbestrijding lager zijn geweest in 2020.
Programma Milieu en duurzaamheid
De lasten en baten in dit programma hebben een nadelige uitkomst van €141.000. Dit komt door verschillende duurzaamheids- en participatietrajecten die meer onderzoek en ambtelijke inzet kostte dan voorzien.
Programma Ruimtelijke ordening
Het programma heeft een voordelig rekeningresultaat van €204.000. Dit wordt veroorzaakt door met name hogere bouwleges.
Programma Herstructurering en vastgoed
De lasten en baten in dit programma verschillen niet.
Programma Inkomensvoorziening en arbeidsmarkt
Het voordelig exploitatieresultaat van afgerond €1,8 miljoen betreft met name een onderbesteding op de bijzondere bijstand en de vergoeding voor de uitvoeringskosten TOZO (waarop ook veel interne capaciteit is ingezet).
Programma Meedoen
Het programma heeft een voordelig resultaat van €3,4 miljoen. Er zijn voordelen van in totaal €1,7 miljoen op Samenkracht, Hulpmiddelen, WMO-dienstverlening en vraagafhankelijk vervoer. Daarnaast een voordeel van €1,3 miljoen op bescherm wonen en maatschappelijke opvang.
Programma Jeugd en onderwijs
De lasten en baten in het programma verschillen €683.000 voordelig. Dit betreft een voordeel op Jeugdzorg (€382.000) en leerlingenvervoer (€290.000).
Programma Economie en internationaal beleid
Het programma kent per saldo een positief exploitatieresultaat van €88.000 omdat door Corona niet alle geplande activiteiten zijn doorgegaan en er minder kosten zijn gemaakt.
Programma Kunst, cultuur en erfgoed
Het programma kent per saldo een negatief exploitatieresultaat van €83.000. Dit wordt met name veroorzaakt door meer onderhoud culturele panden en minder kosten op het taakveld Cultuurpresentatie, -productie en participatie.
Programma Bedrijfsvoering
Het voordeel in het programma van €877.000 voor het grootste gedeelte te verklaren door voordelen: personele kosten DOWR-i, onderbesteding Facilitaire zaken vanwege het vele thuiswerken en loonsom team Finance & Control, bestuurssecretariaat en de DOWR-samenwerking inkoop.
Programma Algemene dekkingsmiddelen
De lasten en baten in het programma verschillen €565.000 voordelig met name vanwege het niet inzetten van de post onvoorzien (€231.000) en een voordeel van €239.000 vanwege het opvoeren van de Beleggingsrekening (obligaties). Omdat deze obligaties in 2019 nog niet op de balans werden vermeld, zorgen deze voor een eenmalig voordeel ter hoogte van dit bedrag.
Wet Normering bezoldiging Topfunctionarissen
Wet Normering bezoldiging Topfunctionarissen
Op 1 januari 2013 is de Wet Normering bezoldiging Topfunctionarissen publieke en semipublieke sector (WNT) in werking getreden. In deze nieuwe wet zijn regels vastgelegd over de maximale bezoldiging van bestuurders en topfunctionarissen in de (semi)publieke sector. Jaarlijks wordt de WNT-norm vastgesteld in een ministeriële regeling.
Rapportage WNT
De WNT is van toepassing op de gemeente Deventer. Artikel 4.1 – WNT en het gewijzigde artikel 28 – BBV verplicht te rapporteren over de bezoldiging van bestuurders en topfunctionarissen. Voor de gemeenten is de functie van gemeentesecretaris en van griffier aangewezen als topfunctionaris in de zin van de WNT. Dit betreffen de volgende gegevens;
- de naam (het publiceren van de naam geldt enkel voor de topfunctionarissen)
- de beloning
- de belastbare vaste en variabele onkostenvergoeding;
- de voorzieningen ten behoeve van beloningen betaalbaar op termijn;
- de functie of functies;
- de duur en omvang van het dienstverband in het verslagjaar; en
- een motivering voor de overschrijding van de maximale bezoldigingsnorm (indien van toepassing).
Daarnaast wordt transparantie gevraagd over bezoldiging van overige functionarissen met een dienstbetrekking waarvan de bezoldiging het wettelijk maximum overschrijdt (artikel 4.2 – WNT). De maximum bezoldigingsnorm voor 2020 bedraagt € 201.000. Het publiceren van de gegevens van niet-topfunctionarissen gebeurt alleen op functie (niet op naam). In de toelichting op de balans moeten de volgende gegevens worden opgenomen;
- de beloning
- de belastbare vaste en variabele onkostenvergoeding;
- de voorzieningen ten behoeve van beloningen betaalbaar op termijn;
- de functie of functies;
- de duur en omvang van het dienstverband in het verslagjaar; en
- een motivering voor de overschrijding van de maximale bezoldigingsnorm.
Ontslagvergoeding
Topfunctionaris
Conform artikel 4.1, lid 3 – WNT wordt in de jaarrekening de verrichte uitkering opgenomen aan de top functionaris waarvan het dienstverband in het boekjaar is beëindigd. Wanneer de uitkering meer bedraagt dan de wettelijke maximale bezoldiging van €75.000 wordt de overschrijding in het jaarverslag gemotiveerd (artikel 4.2, lid 4 – WNT).
Niet-topfunctionaris
De norm voor de uitkering wegens beëindiging van het dienstverband geldt niet voor niet-topfunctionarissen. Voor niet-topfunctionarissen geldt wel dat wanneer een hogere uitkering dan het bezoldigingsmaximum (oftewel wanneer de som van de bezoldiging en de beëindigingsuitkering boven de €201.000 uitkomt) dit moet worden vastgelegd in het jaarverslag en elektronisch bij het ministerie moet worden gemeld.
Uitvoering WNT
De Gemeente Deventer heeft in 2020 geen bezoldiging verstrekt aan functionarissen met een dienstbetrekking die hoger is dan de maximale norm (€201.000).
In 2020 was er in de gemeente Deventer (conform de WNT) geen sprake van een topfunctionaris zonder dienstbetrekking. De gemeente Deventer heeft 2 topfunctionarissen in dienst, te weten de heer Kossen (Algemeen directeur en gemeentesecretaris) en de heer A. Kerver (Griffier).
(bedragen x €1)
Gegevens 2020 | M.A. Kossen | A. Kerver | |
---|---|---|---|
Functiegegevens | Gemeentesecretaris | Griffier | |
Aanvang en einde functievervulling in 2020 | 01-01-2020 t/m | 01-01-2020 t/m | |
Omvang dienstverband (als deeltijdfactor in fte) | 1,0 | 1,0 | |
Dienstbetrekking? | Ja | Ja | |
Bezoldiging | |||
Beloning plus belastbare onkostenvergoedingen | €132.933,11 | €102.798,42 | |
Beloningen betaalbaar op termijn | €20.837,76 | €18.659,16 | |
Subtotaal | €153.770,87 | €121.457,58 | |
Individueel toepasselijke bezoldigingsmaximum | €201.000 | €201.000 | |
-/- Onverschuldigd betaald en nog niet terugontvangen bedrag | N.v.t. | N.v.t. | |
Bezoldiging | €153.770,87 | €121.457,58 | |
Het bedrag van de overschrijding en de reden waarom de overschrijding al dan niet is toegestaan | N.v.t. | N.v.t. | |
Toelichting op de vordering wegens onverschuldigde betaling | N.v.t. | N.v.t. | |
Gegevens 2019* | M.A. Kossen | A. Kerver | R. Weernekers |
Functiegegevens | Gemeentesecretaris | Griffier | Griffier a.i. |
Aanvang en einde functievervulling in 2019 | 01-01-2019 t/m | 01-02-2019 t/m | 01-01-2019 t/m |
Omvang dienstverband (als deeltijdfactor in fte) | 1,0 | 1,0 | 1,0 |
Dienstbetrekking? | Ja | Ja | ja |
Bezoldiging | |||
Beloning plus belastbare onkostenvergoedingen | €128.605,43 | €88.838,19 | €6.861,30 |
Beloningen betaalbaar op termijn | €19.982,40 | €16.035,91 | €1.182,03 |
Subtotaal | €148.587,83 | €104.874,10 | €8.043,33 |
Individueel toepasselijke bezoldigingsmaximum | €194.000,00 | €177.523,29 | €16.476,71 |
Bezoldiging | €148.587,83 | €104.874,10 | €8.043,33 |
*)De vergelijkende cijfers 2019 in bovenstaande tabel wijken af van de cijfers uit de jaarrekening 2019. ‘Bruto reiskosten’ en ‘Bruto keuzemodel’ kunnen via de salarisadministratie uitgeruild worden (bruto = netto). De netto vergoedingen worden aangewezen als eindheffingsbestanddeel onder de werkkostenregeling, waarbij de kosten ten laste van de vrije ruimte worden gebracht of waarbij een gerichte vrijstelling wordt toegepast. Deze componenten zijn in 2019 ten onrechte niet in mindering gebracht op de WNT-bezoldiging (de bezoldiging wordt lager).
Deze correctie leidt niet tot een onverschuldigde betaling.
De gemeente Deventer heeft in 2020 geen bezoldiging verstrekt aan functionarissen met een dienstbetrekking die hoger is dan de maximale norm (€201.000). Er waren geen ontslagvergoedingen boven de €75.000 aan (top)functionarissen conform de WNT-norm. In 2020 had de Burgemeester van Deventer het hoogst belastbaar jaarloon. Zijn inkomen is vastgesteld conform de wettelijk bepalingen die zijn gesteld door het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.
(bedragen x €1.000) | |||||
---|---|---|---|---|---|
Activa | 31-12-2020 | 31-12-2019 | Passiva | 31-12-2020 | 31-12-2019 |
Vaste activa | Vaste passiva | ||||
Immateriele vaste activa | Eigen vermogen | ||||
Kosten verbonden aan het sluiten van geldleningen en het saldo van agio en disagio | 103 | 111 | Algemene reserve | 21.395 | 18.778 |
Kosten van onderzoek en ontwikkeling | 801 | 468 | Bestemmingsreserves | 57.080 | 58.306 |
Bijdragen aan activa in eigendom van derden | 3.633 | 2.822 | Gerealiseerde resultaat | 17.326 | 4.123 |
Sub-totaal | 4.537 | 3.401 | Sub-totaal | 95.801 | 81.207 |
Materiële vaste activa | Voorzieningen | ||||
Investeringen met economisch nut | 166.389 | 171.677 | Voorzieningen voor verplichtingen, verliezen en risico's | 8.943 | 8.988 |
Investeringen met economisch nut, waarvoor ter bestrijding van de kosten een heffing kan worden geheven | 31.704 | 32.324 | Voorzieningen voor middelen van derden waarvan de bestemming gebonden is | 3.540 | 2.931 |
Investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut | 29.470 | 27.271 | |||
Gronden uitgegeven in erfpacht | 15.810 | 15.810 | |||
Sub-totaal | 243.373 | 247.082 | Sub-totaal | 12.483 | 11.919 |
Financiële vaste activa | Vaste schulden met een rentetypische looptijd van één jaar of langer | ||||
Kapitaal verstrekkingen aan: | Onderhandse leningen van: | ||||
- Deelnemingen | 25.684 | 23.330 | - Binnenlandse banken en overige financiële instellingen | 256.940 | 293.968 |
Leningen aan: | - Binnenlandse bedrijven | 5.073 | 5.187 | ||
- Deelnemingen | 32.592 | 30.690 | - Buitenlandse instellingen, fondsen, banken, bedrijven en overige sectoren | 20.000 | 20.000 |
Overige langlopende leningen u/g | 6.269 | 5.807 | Waarborgsommen | 162 | 52 |
Sub-totaal | 64.545 | 59.827 | Sub-totaal | 282.175 | 319.207 |
Totaal vaste activa | 312.455 | 310.310 | Totaal vaste passiva | 390.459 | 412.333 |
Vlottende activa | Vlottende passiva | ||||
Voorraden | Netto vlottende schulden met een rentetypische looptijd korter dan één jaar | ||||
Onderhanden werk, waaronder bouwgronden in exploitatie | 47.038 | 55.813 | Banksaldi | 12.308 | 3.711 |
Gereed product en handelsgoederen | 4.354 | 8.491 | Overige schulden | 14.074 | 14.084 |
Sub-totaal | 51.392 | 64.304 | Sub-totaal | 26.382 | 17.795 |
Uitzettingen met een rentetypische looptijd korter dan één jaar | Overlopende passiva | ||||
Vorderingen op openbare lichamen | 1.252 | 2.704 | Verplichtingen die in het begrotingsjaar zijn opgebouwd en die in een volgend begrotingsjaar tot betaling komen met uitzondering van jaarlijks terugkerende arbeidskosten gerelateerde verplichtingen van vergelijkbaar volume | 20.904 | 20.295 |
Uitzettingen in 's Rijks schatkist met een rentetypische looptijd korter dan 1 jaar | 38.568 | 21.908 | De van Europese en Nederlandse overheidslichamen ontvangen voorschotbedragen voor uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel die dienen ter dekking van lasten van volgende begrotingsjaren uitgesplitst naar de ontvangen bedragen van: | ||
Uitzettingen in de vorm van Nederlans schuldpapier met een rentetypische looptijd korter dan 1 jaar | 1.149 | 0 | - Europese overheidslichamen | 0 | 0 |
Overige vorderingen | 12.774 | 12.190 | - Het Rijk | 11.145 | 979 |
- Overige Nederlandse overheidslichamen | 1.233 | 1.487 | |||
Overige vooruitontvangen bedragen die ten bate van het volgende begrotingsjaar komen | 2.677 | 2.263 | |||
Sub-totaal | 53.743 | 36.802 | Sub-totaal | 35.959 | 25.024 |
Liquide middelen | |||||
Kassaldi | 14 | 7 | |||
Banksaldi | 1.269 | 2.473 | |||
Sub-totaal | 1.283 | 2.480 | |||
Overlopende activa | |||||
De van de Europese en Nederlandse overheidslichamen ontvangen voorschotbedragen die ontstaan door voorfinanciering op uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel uitgesplitst naar de nog te ontvangen bedragen van: | |||||
- Europese overheidslichamen | 0 | 6 | |||
- Het Rijk | 795 | 971 | |||
- Overige Nederlandse overheidslichamen | 4.594 | 4.558 | |||
Overige nog te ontvangen bedragen | 27.002 | 34.291 | |||
Vooruitbetaalde bedragen die ten laste komen van volgende begrotingsjaren | 1.536 | 1.430 | |||
Sub-totaal | 33.927 | 41.256 | |||
Totaal vlottende activa | 140.345 | 144.842 | Totaal vlottende passiva | 62.341 | 42.819 |
Totaal generaal | 452.800 | 455.152 | Totaal generaal | 452.800 | 455.152 |
Gewaarborgde geldleningen | 11.743 | 13.825 | |||
Garantstellingen | 1.011.520 | 1.042.995 |
In deze toelichting worden de activa en passiva op onderdelen nader toegelicht.
Meer informatie
Vaste activa - Immateriële vaste activa
De post immateriële vaste activa wordt onderscheiden in:
(bedragen x €1.000) | ||
---|---|---|
Boekwaarde 31-12-2020 | Boekwaarde 31-12-2019 | |
Kosten verbonden aan het sluiten van geldleningen en het saldo van agio en disagio | 103 | 111 |
Kosten onderzoek en ontwikkeling voor een bepaald actief | 801 | 468 |
Bijdragen aan activa in eigendom van derden | 3.633 | 2.822 |
Totaal | 4.537 | 3.401 |
Het onderstaande overzicht geeft het verloop weer van de immateriële vaste activa gedurende het jaar 2020:
(bedragen x €1.000) | ||||||||
Boekwaarde | Herrubricering | Investeringen | Des-investeringen | Afschrijvingen | Bijdragen van derden | Afwaarderin | Boekwaarde | |
Kosten verbonden aan het sluiten van geldleningen en het saldo van agio en disagio | 111 | 0 | 0 | 0 | 8 | 0 | 0 | 103 |
Kosten van onderzoek en ontwikkeling | 468 | 448 | 2 | 113 | 0 | 801 | ||
Bijdragen aan activa in eigendom van derden | 2.822 | 0 | 1.870 | 0 | 177 | 882 | 0 | 3.633 |
Totaal | 3.401 | 0 | 2.318 | 0 | 187 | 995 | 0 | 4.537 |
De belangrijkste investeringen staan in het hierna opgenomen overzicht vermeld. Per investering staat het ter beschikking gestelde krediet aangegeven, het
in 2020 daadwerkelijk bestede bedrag en het totaalbedrag dat tot en met 2020 ten laste van het krediet is gebracht.
Bijdragen aan activa in eigendom van derden betreffen de investering in de geluidswal A1 bij Bathmen op grond van Rijkswaterstaat en de renovatie van kleedkamers bij de Deventer Hockey Vereniging.
De bijdrage van derden betreft een bijdrage in de kosten voor het opstellen van de intentie-verklaring Oranjekwartier en een bijdrage van de provincie voor de geluidsmaatregelen A1.
(bedragen x €1.000) | |||
---|---|---|---|
Beschikbaar gesteld krediet | Werkelijk besteed in 2020 | Cumulatief besteed t/m 2020 | |
Shita terrein en speeltuinlocatie | 268 | 73 | 282 |
Voorbereidingskrediet Dreef | 93 | 66 | 79 |
Voorbereidingskrediet Oranjekwartier | 415 | 258 | 399 |
Voorbereidingskrediet van Hetenstraat | 105 | 37 | 92 |
Voorbereidingskrediet Hagenvoorde | 150 | 14 | 14 |
Geluidswal A1 Bathmen | 2.650 | 1.670 | 1.939 |
Renovatie kleedkamers Deventer Hockey Vereniging | 200 | 200 | 200 |
Totaal | 3.881 | 2.318 | 3.005 |
Vaste activa - Materiële vaste activa
De materiële vaste activa bestaan uit de onderstaande onderdelen. De lopende investeringen staan opgenomen in bijlage 12 Dynamische kredieten .
(bedragen x €1.000) | ||
Boekwaarde 31-12-2020 | Boekwaarde 31-12-2019 | |
Investeringen met een economisch nut | 166.389 | 171.677 |
Investeringen met economisch nut, waarvoor ter bestrijding van kosten een heffing kan worden geheven | 31.704 | 32.324 |
Investeringen in de openbare ruimte met maatschappelijk nut | 29.470 | 27.271 |
In erfpacht uitgegeven gronden | 15.810 | 15.810 |
Totaal | 243.373 | 247.082 |
De investeringen met een economisch nut kunnen als volgt worden onderverdeeld:
(bedragen x €1.000) | ||
---|---|---|
Boekwaarde 31-12-2020 | Boekwaarde 31-12-2019 | |
Gronden en terreinen | 12.564 | 13.092 |
Woonruimten | 260 | 1.035 |
Bedrijfsgebouwen | 117.782 | 120.355 |
Grond- weg- en waterbouwkundige werken | 4.262 | 4.240 |
Vervoermiddelen | 63 | 5 |
Machines, apparaten en installaties | 18.199 | 19.189 |
Overige materiële vaste activa | 13.259 | 13.761 |
Totaal | 166.389 | 171.677 |
Het onderstaande overzicht geeft het verloop van de boekwaarde van de investeringen met een economisch nut weer:
(bedragen x €1.000) | ||||||||||||
Boek | Stand voorziening 31-12-2019 | Boek | Her | Investe | Des | Afschrij | Bijdragen van derden | Afwaar | Boek | Stand voorziening 31-12-2020 | Boek | |
Gronden en terreinen | 13.092 | 0 | 13.092 | -417 | 344 | 163 | 234 | 58 | 0 | 12.564 | 0 | 12.564 |
Woonruimten | 1.035 | 0 | 1.035 | 0 | 0 | 717 | 58 | 0 | 0 | 260 | 0 | 260 |
Bedrijfsgebouwen | 120.407 | 52 | 120.355 | -421 | 1.405 | 6 | 3.594 | 9 | 0 | 117.782 | 0 | 117.782 |
Grond-,weg- en waterbouwkundige werken | 4.240 | 0 | 4.240 | 0 | 253 | 0 | 195 | 36 | 0 | 4.262 | 0 | 4.262 |
Vervoermiddelen | 5 | 0 | 5 | 0 | 59 | 0 | 1 | 0 | 0 | 63 | 0 | 63 |
Machines, apparaten en installaties | 19.189 | 0 | 19.189 | 0 | 924 | 0 | 1.907 | 7 | 0 | 18.199 | 0 | 18.199 |
Overige materiële vaste activa | 13.761 | 0 | 13.761 | 0 | 1.563 | 0 | 2.011 | 55 | 0 | 13.258 | 0 | 13.258 |
Totaal | 171.729 | 52 | 171.677 | - 838 | 4.548 | 886 | 8.000 | 165 | 0 | 166.388 | 0 | 166.388 |
De herrubricering gronden en terreinen betreft speeltuinterrein Gooierstraat. Deze grond is bestemd voor gemeentelijke gebiedsontwikkeling en wordt overgeboekt naar de voorraden. De herrubricering bedrijfsgebouwen betreffen de Nijmegensestraat 11, Brink 21, Ceintuurbaan 10 en Kolkmansweg 6a. In verband met de verkoop in 2021 zijn de boekwaarden overgeboekt naar de voorraden.
De desinvestering betreft de verkoop van de Oudaenstraat 1 en de Nieuwe Markt 1G en de overdracht van diverse woonwagens en standplaatsen.
De bijdragen van derden bestaan uit een bijdrage van de provincie voor de reconstructie van de Brinkgarage, de SPUK bijdrage 2020 en de bijdrage van medewerkers voor smartphones.
Een specificatie van de investeringen in 2020 treft u hieronder aan:
(bedragen x €1.000) | |||
---|---|---|---|
Beschikbaar gesteld krediet | Werkelijk besteed in 2020 | Cumulatief besteed t/m 2020 | |
Parkeren op de Worp | 428 | 1 | 427 |
Woonwagens/standplaatsen | 226 | 106 | 106 |
DHV onderlaag kunstgras waterveld | 266 | 236 | 236 |
Nieuwbouw Kazerne Diepenveen | 503 | 12 | 12 |
Renovatie Noordenbergpoort garage | 1.869 | 12 | 1.862 |
Renovatie paviljoen Vogeleiland | 100 | 102 | 102 |
Kon. UD | 242 | 62 | 62 |
Renovatie Polstraat 8-10 | 50 | 118 | 118 |
Renovatie Bierstraat 52 gebouwen | 580 | 97 | 97 |
Renovatie gebouw adm.Zandp. 20 Walhalla | 144 | 115 | 115 |
Ren Andriessenpl 5hoek,Wizard/Zonnebloem | 1.117 | 886 | 886 |
Fietsenstalling binnenstad | 100 | 135 | 175 |
Reconstructie Brinkgarage | 2.525 | 75 | 380 |
Stadshof | 457 | 44 | 44 |
Walstroom - Voetveer | 70 | 59 | 59 |
Vervanging Kaartlees apparatuur | 360 | 106 | 198 |
Goederen Truckpoint | 79 | 79 | 79 |
Goederen Truckpoint divers | 32 | 32 | 32 |
Veldverl Honk- en softbalver de Eagles | 182 | 7 | 7 |
Renovatie Bierstraat 52 installaties | 62 | 36 | 36 |
Veldverlichting 2e veld Pickwick Players | 62 | 40 | 40 |
Client Hardware Laptop 2020 | 115 | 133 | 133 |
ICT middelen | 40 | 1 | 35 |
ICT-Office 365 / Windows 10 | 1.049 | 259 | 1.051 |
Telefooncentrale 2018 | 160 | 51 | 155 |
Beeldschermen 2020 | 60 | 180 | 180 |
Digitalisering Parkeren | 500 | 81 | 248 |
Fietsenstalling binnenstad | 340 | 124 | 264 |
DHV toplaag kunstgras waterveld | 266 | 223 | 223 |
Zonwering gymzaal de Vijfhoek | 651 | 351 | 385 |
Aanpassingen werkomgeving incl Receptie | 21 | 9 | 21 |
Client Hardware Fatclient 2019/2020 | 452 | 344 | 444 |
Herinrichting ruimte Biebquest | 54 | 53 | 53 |
Inrichting Stadsetalage (SHK) | 30 | 11 | 30 |
Smartphones 2019 | 30 | 19 | 38 |
Upgrades uren roadmap 2020 | 332 | 326 | 326 |
Backup 2020 | 24 | 24 | 24 |
Totaal | 13.576 | 4.548 | 8.683 |
De investeringen met een economisch nut, waarvoor ter bestrijding van de kosten een heffing kan worden geheven kunnen als volgt worden onderverdeeld:
(bedragen x €1.000) | ||
---|---|---|
Boekwaarde 31-12-2020 | Boekwaarde 31-12-2019 | |
Gronden en terreinen | - | - |
Woonruimten | - | - |
Bedrijfsgebouwen | - | - |
Grond- weg- en waterbouwkundige werken | 30.735 | 31.327 |
Vervoermiddelen | - | - |
Machines, apparaten en installaties | 827 | 850 |
Overige materiële vaste activa | 142 | 147 |
Totaal | 31.704 | 32.324 |
Het onderstaand overzicht geeft weer het verloop van de boekwaarde van de investeringen met een economisch nut, waarvoor ter bestrijding van de kosten een heffing kan worden geheven:
(bedragen x €1.000) | |||||||
Boekwaarde 31-12-2019 | Investeringen | Des | Af | Bijdragen van derden | Af | Boekwaarde 31-12-2020 | |
Gronden en terreinen | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Woonruimten | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Bedrijfsgebouwen | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Grond-,weg- en waterbouwkundige werken | 31.327 | 631 | 17 | 1.206 | 0 | 0 | 30.735 |
Vervoermiddelen | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Machines, apparaten en installaties | 850 | 0 | 0 | 23 | 0 | 0 | 827 |
Overige materiële vaste activa | 147 | 0 | 0 | 5 | 0 | 0 | 142 |
Totaal | 32.324 | 631 | 17 | 1.234 | 0 | 0 | 31.704 |
De investeringen betreffen gerealiseerde kosten voor het Gemeentelijk Rioleringsplan.
De desinvestering betreft de parkeerbijdrage van de Veenweg 71.
De investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut kunnen als volgt worden onderverdeeld:
(bedragen x €1.000) | ||
---|---|---|
Boekwaarde 31-12-2020 | Boekwaarde 31-12-2019 | |
Gronden en terreinen | 29 | 29 |
Woonruimten | - | - |
Bedrijfsgebouwen | - | - |
Grond-, weg- en waterbouwkundige werken | 28.343 | 26.460 |
Vervoermiddelen | - | - |
Machines, apparaten en installaties | 35 | 37 |
Overige materiële vaste activa | 1.063 | 745 |
Totaal | 29.470 | 27.271 |
Maatschappelijk investeringen mochten tot 2017 worden afgeschreven. Op basis van het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) moeten met ingang van 2017 de investeringen maatschappelijk nut worden afgeschreven. In onderstaand overzicht wordt daarom deze splitsing in de jaren gemaakt.
De boekwaarde van de investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut heeft het volgende verloop:
(bedragen x €1.000) | |||||||
Boekwaarde 31-12-2019 | Investeringen | Des | Af | Bijdragen van derden | Af | Boekwaarde 31-12-2020 | |
Maatschappelijk nut voor 2017 | |||||||
Gronden en terreinen | 29 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 29 |
Grond- weg- en waterbouwkundige werken | 16.560 | 0 | 0 | 1.206 | 0 | 0 | 15.354 |
Machines, apparaten en installaties | 1 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 1 |
Overige materiële vaste activa | 169 | 0 | 0 | 16 | 0 | 0 | 153 |
Totaal | 16.759 | 0 | 0 | 1.222 | 0 | 0 | 15.537 |
Maatschappelijk nut vanaf 2017 | |||||||
Gronden en terreinen | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Grond- weg- en waterbouwkundige werken | 9.900 | 3.945 | 301 | 198 | 357 | 0 | 12.989 |
Machines, apparaten en installaties | 36 | 46 | 0 | 2 | 46 | 0 | 34 |
Overige materiële vaste activa | 576 | 334 | 0 | 0 | 0 | 0 | 910 |
Totaal | 10.512 | 4.325 | 301 | 200 | 403 | 0 | 13.933 |
Totaal | 27.271 | 4.325 | 301 | 1.422 | 403 | 0 | 29.470 |
De investeringen zijn hieronder gespecificeerd. De desinvesteringen betreft de planbijdrage voor bouw- en woonrijp maken van de Venen, Rivierenwijk.
Bijdragen van derden zijn ontvangen voor de Brinkgreverweg, de fietsroutes Margijnenenk-Overstichtlaan, stationsomgeving Groene Wal, herinrichting Lebuinuspleinen, tunnel Oostriklaan en Beter Benutten Vervolg CITS.
(bedragen x €1.000) | |||
---|---|---|---|
Beschikbaar gesteld krediet | Werkelijk besteed in 2020 | Cumulatief besteed t/m 2020 | |
Brinkgreverweg | 1.290 | 146 | 1.262 |
Ceintuurbaan - Zamenhofplein | 1.532 | 1 | 1.374 |
Fietsroutes Margijnenenk -Overstichtlaan | 530 | 165 | 295 |
Fietssnelweg Deventer - Zutphen | 1.000 | 1 | 1 |
Fietsstructuur A-1 zone | 180 | 111 | 150 |
Hanzeweg - Parallelweg | 364 | 38 | 359 |
Herinrichting Lebuinuspleinen | 2.795 | 247 | 522 |
MJOP Wezenland /Keizer Karellaan | 2.800 | 1.271 | 2.494 |
MJOP-2019 Fietspad Oerdijk | 427 | 12 | 394 |
MJOP-2019 Omvormen Butersdijk | 170 | 1 | 166 |
Ontw.Stationsomg groene wal | 5.235 | 1.120 | 5.175 |
Reconstructie Hanzeweg | 878 | 99 | 723 |
Tunnel Oostriklaan | 2.882 | 139 | 2.646 |
Winkelcentrum Colmschate | 709 | 50 | 709 |
Reconstructie Havezatelaan | 1.105 | 162 | 162 |
Project de Braam | 100 | 70 | 70 |
Vervanging houten bruggen | 740 | 13 | 13 |
De Venen bouw-woonrijpmaken Rivierenwijk | 1.029 | 301 | 1.618 |
Beter Benutten Vervolg - CITS | 516 | 46 | 562 |
Fietsparkeren binnenstad | 1.247 | 228 | 1.052 |
Skatepark | 400 | 105 | 174 |
Totaal | 25.928 | 4.324 | 19.922 |
Het onderstaand overzicht geeft het verloop weer van de in erfpacht uitgegeven gronden:
(bedragen x €1.000) | ||||||||
Boekwaarde | Her | In | Des | Af | Bijdragen van derden | Af | Boekwaarde 31-12-2020 | |
Gronden uitgegeven in erfpacht | 15.810 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 15.810 |
Totaal | 15.810 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 15.810 |
Vaste activa - Financiële vaste activa
De financiële vaste activa bestaan uit de volgende onderdelen:
(bedragen x €1.000) | |||||
Boekwaarde | Investeringen | Des | Afschrijvingen | Boekwaarde | |
Kapitaalverstrekkingen aan: | |||||
Deelnemingen | 23.330 | 2.355 | 0 | 1 | 25.684 |
Leningen aan: | |||||
Deelnemingen | 30.690 | 3.049 | 0 | 1.147 | 32.592 |
Overige langlopende leningen u/g | 5.807 | 600 | 0 | 138 | 6.269 |
Overige uitzettingen > 1 jaar | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Totaal | 59.827 | 6.004 | 0 | 1.286 | 64.545 |
In 2020 is het aandelenkapitaal Viking met €2.355.072 verhoogd. Er is een lening verstrekt aan MVD van €1.145.500, aan Enexis van €1.354.025 en aan Stichting Mimik van €600.000. Aan het sportbedrijf Deventer zijn 3 leningen verstrekt voor een totaal bedrag van €550.000.
Vlottende activa - Voorraden
De in de balans opgenomen voorraden worden uitgesplitst naar de volgende categorieën:
(bedragen x €1.000) | ||
---|---|---|
Boekwaarde 31-12-2020 | Boekwaarde 31-12-2019 | |
Onderhanden werk, waaronder bouwgronden in exploitatie | 93.724 | 103.004 |
Gereed product en handelsgoederen | 5.084 | 8.491 |
Totaal | 98.808 | 111.495 |
Afgedekt door voorzieningen verwacht verlies: | ||
Onderhanden werk; gronden in exploitatie | 46.686 | 47.191 |
Gereed product en handelsgoederen | 730 | 0 |
Totaal verliesvoorzieningen | 47.416 | 47.191 |
Totaal | 51.392 | 64.304 |
Vlottende activa - Onderhanden werk
Van de bouwgronden in exploitatie en grondbanken zonder transformatie kan van het verloop in 2020 het volgende overzicht worden gegeven:
(bedragen x €1.000) | ||||||||||||||||
Onderhanden werk | Boek | Stand voorz. | Balans | Herrubricering | Vermeerderingen | Verminderingen | Winstuitname | Boek | Rente op voorzieningen | Mutaties voorzieningen | Stand voorz. | Balans | Geraamde nog te realiseren kosten | Geraamde nog te realiseren opbrengsten | Geraamd eind | Geraamd eind |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Bouwgronden in exploitatie | ||||||||||||||||
Westfalenstraat | 1.622 | 35 | 1.587 | 0 | 803 | 26 | 0 | 2.399 | 1 | 8 | 44 | 2.355 | 3.315 | 5.666 | 47 | 44 |
Teugseweg | 544 | 0 | 544 | 0 | 93 | 0 | 0 | 637 | 0 | 0 | 0 | 637 | 711 | 1.085 | 263 | 247 |
HK Kop en haveneiland | 6.629 | 6.636 | -7 | 0 | 298 | 104 | 0 | 6.823 | 132 | 185 | 6.953 | -130 | 1.417 | 1.317 | 6.923 | 6.394 |
HK Zelf en samenbouw | 24 | 0 | 24 | 0 | 6 | 0 | 0 | 30 | 0 | 0 | 0 | 30 | 10 | 0 | 40 | 39 |
HK doorontwikkeling broedplaats | 42 | 0 | 42 | 0 | 17 | 0 | 0 | 59 | 0 | 0 | 0 | 59 | 0 | 0 | 59 | 59 |
HK Silogebied | 793 | 0 | 793 | 0 | 107 | 14 | 0 | 886 | 0 | 0 | 0 | 886 | 724 | 1.363 | 247 | 233 |
HK Stoer wonen | -274 | 0 | -274 | 0 | 2 | 0 | 0 | -272 | 0 | 0 | 0 | -272 | 79 | 0 | -193 | -185 |
Hanzeweg | 895 | 0 | 895 | 0 | 106 | 26 | 0 | 975 | 0 | 0 | 0 | 975 | 1.596 | 2.046 | 525 | 476 |
A1 Bedrijvenpark | 48.257 | 28.413 | 19.844 | -945 | 10.501 | 20.655 | 0 | 37.158 | 552 | -797 | 28.168 | 8.990 | 17.416 | 21.572 | 33.002 | 28.168 |
Bedrijventerrein Lettele | 873 | 624 | 249 | 0 | 40 | 0 | 0 | 913 | 12 | 18 | 654 | 259 | 190 | 410 | 693 | 654 |
Holterwegzone | 2.301 | 1 | 2.300 | 0 | 333 | 419 | 0 | 2.215 | 2 | 110 | 113 | 2.102 | 530 | 2.625 | 120 | 113 |
Looweg | 439 | 0 | 439 | 0 | 26 | 0 | 0 | 465 | 0 | 465 | 409 | 876 | -2 | -2 | ||
Gasfabriekterrein | 480 | 351 | 129 | 0 | 135 | 4 | 0 | 611 | 7 | 51 | 409 | 202 | 1.380 | 1.821 | 170 | 163 |
Sluiskwartier | 6.212 | 2.603 | 3.609 | 0 | 591 | 161 | 0 | 6.642 | 52 | 119 | 2.774 | 3.868 | 3.038 | 6.736 | 2.944 | 2.774 |
Tuinen van Zandweerd | 3.462 | 0 | 3.462 | 0 | 821 | 30 | 0 | 4.253 | 0 | 0 | 0 | 4.253 | 5.192 | 10.867 | -1.422 | -1.314 |
Winkelcentrum Keizerslanden | 4.623 | 3.950 | 673 | 0 | 132 | 0 | 0 | 4.755 | 79 | 60 | 4.089 | 666 | 425 | 926 | 4.254 | 4.089 |
Eikendal | 10.553 | 0 | 10.553 | 0 | 488 | 1.907 | 384 | 9.518 | 0 | 0 | 0 | 9.518 | 3.688 | 15.062 | -1.856 | -1.616 |
Centrumplan Bathmen | 770 | 565 | 205 | 0 | 48 | 0 | 0 | 818 | 11 | 36 | 612 | 206 | 134 | 316 | 636 | 613 |
Wijtenhorst Douweler Leide | 4.644 | 3.052 | 1.592 | 0 | 317 | 356 | 0 | 4.605 | 61 | -243 | 2.870 | 1.735 | 1.039 | 2.658 | 2.986 | 2.870 |
De Vijfde Hoek | -40 | 0 | -40 | 3.517 | 789 | 4.852 | -116 | -702 | 0 | 0 | 0 | -702 | 818 | 198 | -82 | -81 |
Steenbrugge | 10.155 | 961 | 9.194 | 0 | 782 | 46 | 45 | 10.936 | 20 | -981 | 0 | 10.936 | 31.009 | 44.015 | -2.070 | -1.805 |
Sub-totaal | 103.004 | 47.191 | 55.813 | 2.572 | 16.435 | 28.600 | 313 | 93.724 | 929 | -1.434 | 46.686 | 47.038 | 73.120 | 119.559 | 47.284 | 41.933 |
Grondbanken zonder transformatie | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Eindtotaal | 103.004 | 47.191 | 55.813 | 2.572 | 16.435 | 28.600 | 313 | 93.724 | 929 | -1.434 | 46.686 | 47.038 | 73.120 | 119.559 | 47.284 | 41.933 |
De belangrijkste mutaties in de boekwaarde van de grondexploitaties zijn als volgt te verklaren:
- Gedeeltelijke vrijval van verliesvoorziening voor A1 Bedrijvenpark als gevolg van gunstige projectontwikkelingen
- Volledige vrijval van verliesvoorziening Steenbrugge als gevolg van een gewijzigde projectopzet, waarbij de gemeente een actievere rol inneemt.
- Zie de Paragraaf Grondbeleid voor een uitgebreidere toelichting.
Vlottende activa - Overzicht gereed product en handelsgoederen
(bedragen x € 1.000) | |||||||||||||
Boek | Stand voorz. | Balans | CBR Voorraad eigen verklaring | Her | Vermeer | Vermin | Afschrijvingen | Boek | Rente op voor | Mutaties voor | Stand voorz. | Balans | |
Te verkopen panden en gronden | 8.476 | 0 | 8.476 | 0 | 838 | 456 | 4.695 | 0 | 5.075 | 0 | 730 | 730 | 4.345 |
Overige voorraden | 15 | 0 | 15 | 0 | 0 | 0 | 6 | 0 | 9 | 0 | 0 | 0 | 9 |
Totaal | 8.491 | 0 | 8.491 | 0 | 838 | 456 | 4.701 | 0 | 5.084 | 0 | 730 | 730 | 4.354 |
Voor een nadere toelichting; zie paragraaf Grondbeleid .
Vlottende activa - Uitzettingen met een rentetypische looptijd korter dan 1 jaar
De in de balans opgenomen uitzettingen met een looptijd van een jaar of minder kunnen als volgt gespecificeerd worden:
(bedragen x €1.000) | ||||
Boekwaarde | Voorziening | Balanswaarde | Balanswaarde | |
Vorderingen op openbare lichamen | 1.252 | 0 | 1.252 | 2.704 |
Verstrekte kasgeldleningen | 910 | 0 | 910 | 0 |
Obligaties tegen nominale waardering | 239 | 0 | 239 | 0 |
Uitzettingen in 's Rijks schatkist met een rentetypische looptijd korter dan 1 jaar | 38.568 | 0 | 38.568 | 21.908 |
Rekening-courantverhouding met niet-financiële instellingen | 0 | 0 | 0 | 0 |
Overige vorderingen | 16.028 | 3.254 | 12.774 | 12.190 |
Overige uitzettingen | 0 | 0 | 0 | 0 |
Totaal | 56.997 | 3.254 | 53.743 | 36.802 |
Verstrekte kasgeldleningen
Dit betreft een overbruggingskrediet van €910.000 aan de NV Maatschappelijk Vastgoed Deventer, notanummer 2020-001977.
Obligaties tegen nominale waardering
De gemeente Deventer heeft kennisgenomen van het bestaan van een aantal obligaties die in het bezit zijn van de gemeente Deventer. Het betreft hier obligaties die zijn uitgegeven door de Nederlandse staat en een historie kennen die in ieder geval teruggaat tot 1920. De obligaties vertegenwoordigen een nominale waarde van €239.000. Omdat deze obligaties in 2019 nog niet op de balans werden vermeld, zorgen deze voor een eenmalig voordeel ter hoogte van dit bedrag.
Vlottende activa - Drempelbedrag Schatkistbankieren (SKB)
(bedragen x €1.000) | ||||
---|---|---|---|---|
1e kwartaal | 2e kwartaal | 3e kwartaal | 4e kwartaal | |
Op dagbasis buiten 's Rijks schatkist gehouden middelen | 4.116 | 2.296 | 1.886 | 1.850 |
Drempelbedrag | 2.758 | 2.758 | 2.758 | 2.758 |
Ruimte (binnen limiet +), (overschrijding -/-) | -1.358 | 462 | 872 | 908 |
In de paragraaf Financiering is het saldo schatkistbankieren nader toegelicht.
Vlottende activa - Liquide middelen
Het saldo van de liquide middelen bestaat uit de volgende componenten:
(bedragen x €1.000) | ||
---|---|---|
Boekwaarde | Boekwaarde | |
Kassaldi | 14 | 7 |
Banksaldi | 1.269 | 2.473 |
Totaal | 1.283 | 2.480 |
Vlottende activa - Overlopende activa
De post overlopende activa kan als volgt onderscheiden worden: |
---|
(bedragen x €1.000) | ||
---|---|---|
Boekwaarde | Boekwaarde | |
De van de Europese en Nederlandse overheidslichamen nog te ontvangen voorschotbedragen die ontstaan door voorfinanciering op uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel, uitgesplitst naar nog te ontvangen van: | ||
- Europese overheidslichamen | 0 | 6 |
- Het Rijk | 795 | 971 |
- Overige Nederlandse overheidslichamen | 4.594 | 4.558 |
Overige nog te ontvangen bedragen | 27.002 | 34.291 |
Vooruitbetaalde bedragen die ten laste komen van volgende begrotingsjaren | 1.536 | 1.430 |
Totaal | 33.927 | 41.256 |
Onder de overige nog te ontvangen bedragen is €6,7 miljoen opgenomen voor faciliterend grondbeleid bedrijvenpark A1 en Spijkvoorderenk. Voor nadere toelichting wordt verwezen naar de paragraaf Grondbeleid .
Voor €13,1 miljoen staat een bedrag van nog te verrekenen BTW met het BTW compensatiefonds onder te ontvangen posten.
Het resterende bedrag van €7,0 miljoen betreft bijdragen van derden, andere gemeentes en nog te declareren bedragen.
De in de balans opgenomen nog te ontvangen voorschotbedragen van de EU, Rijk en provincies die zijn ontstaan door voorfinanciering op uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel, zijn gespecificeerd in bijlage 11a .
Vaste passiva - Eigen Vermogen
Het in de balans opgenomen eigen vermogen bestaat uit de volgende posten:
(bedragen x €1.000) | ||
Boekwaarde | Boekwaarde | |
Algemene reserve | 21.395 | 18.778 |
Bestemmingsreserve | 57.080 | 58.306 |
Gerealiseerd resultaat | 17.326 | 4.123 |
Totaal | 95.801 | 81.207 |
Het jaarresultaat van €17,326 miljoen, verminderd met budgetoverhevelingen van €8,3 miljoen levert een netto resultaat van €8,983 miljoen.
Een samenvattend overzicht en analyse treft u aan onder het Exploitatieresultaat .
Voor het verloop per reserve zie bijlage 7 .
Vaste passiva - Voorzieningen
Het verloop van de voorzieningen wordt in onderstaand overzicht weergegeven:
(bedragen x €1.000) | |||||
Boekwaarde | Toevoegingen | Vrijval | Aanwendingen | Boekwaarde | |
Voorzieningen voor verplichtingen, verliezen en risico's | 8.988 | 525 | 9 | 561 | 8.943 |
Van derden verkregen middelen die specifiek besteed moeten worden | 2.931 | 663 | 0 | 54 | 3.540 |
Totaal | 11.919 | 1.188 | 9 | 615 | 12.483 |
De voorziening voor verplichtingen, verliezen en risico's betreft de:
- voorziening wethouderspensioenen;
- fonds Evenementen;
- voorziening afgesloten complexen grondexploitatie.
De grootste posten worden hieronder toegelicht.
De toevoeging bij de wethouderspensioenen wordt grotendeels verklaard door
- rentetoevoeging (€165.000);
- jaarlijkse toevoeging conform begroting (€214.000);
- aanpassing voorziening in verband met verlaging van de rekenrente (€31.000).
Van deze voorziening is €298.000 aangewend voor de pensioenverplichtingen 2020.
De voorziening afgesloten complexen is met name aangewend voor complex de Bathmense Enk (€73.000) en complex de Vijfhoek (€58.000).
Aan de van derden verkregen middelen die specifiek besteed moeten worden wordt een bedrag van €560.000 toegevoegd aan de voorziening Riolen en Gemalen.
Voor het verloop per voorziening zie bijlage 9 .
Vaste passiva - Vaste schulden met een rentetypische looptijd van > 1 jaar
De onderverdeling van de in de balans opgenomen vaste schulden met een looptijd langer dan één jaar is als volgt:
(bedragen x €1.000) | ||
Boekwaarde | Boekwaarde | |
Onderhandse leningen van: | ||
Binnenlandse banken en overige financiële instellingen | 256.940 | 293.968 |
Binnenlandse bedrijven | 5.073 | 5.187 |
Buitenlandse instellingen | 20.000 | 20.000 |
Sub-totaal | 282.013 | 319.155 |
Waarborgsommen | 162 | 52 |
Totaal | 282.175 | 319.207 |
Voor een nadere toelichting op de leningen wordt verwezen naar de paragraaf Financiering in het jaarverslag 2020.
Vaste passiva - Overzicht vaste schulden met een rentetypische looptijd van > 1 jaar
In het hierna opgenomen overzicht wordt het verloop weergegeven van de vaste schulden met een looptijd langer dan één jaar over het jaar 2020:
(bedragen x €1.000) | ||||
Saldo 31-12-2019 | Vermeerderingen | Aflossingen | Saldo 31-12-2020 | |
Onderhandse leningen | 319.155 | 0 | 37.142 | 282.013 |
Waarborgsommen | 52 | 118 | 8 | 162 |
Totaal | 319.207 | 118 | 37.150 | 282.175 |
De totale rentelast voor het jaar 2020 met betrekking tot de vaste schulden met een looptijd langer dan één jaar bedraagt €8.610.532.
Vlottende passiva - Kortlopende financiële verplichtingen
Onder de vlottende passiva zijn opgenomen:
(bedragen x €1.000) | ||
Boekwaarde | Boekwaarde | |
Netto vlottende schulden met een rente typische looptijd korter dan één jaar | 26.382 | 17.795 |
Overlopende passiva | 35.959 | 25.024 |
Totaal | 62.341 | 42.819 |
De in de balans opgenomen netto-schulden kunnen als volgt gespecificeerd worden:
(bedragen x €1.000) | ||
Boekwaarde | Boekwaarde | |
Banksaldi | 12.308 | 3.711 |
Overige schulden | 14.074 | 14.084 |
Totaal | 26.382 | 17.795 |
De specificatie van de post overlopende passiva is als volgt:
(bedragen x €1.000) | ||
---|---|---|
Boekwaarde | Boekwaarde | |
Verplichtingen die in het begrotingsjaar zijn opgebouwd en die in een volgend begrotingsjaar tot betaling komen met uitzondering van jaarlijks terugkerende arbeidskosten gerelateerde verplichtingen van vergelijkbaar volume | 20.904 | 20.295 |
De van Europese en Nederlandse overheidslichamen ontvangen voorschotbedragen voor uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel die dienen ter dekking van lasten van volgende begrotingsjaren uitgesplitst naar de ontvangen bedragen van: | ||
- Europese overheidslichamen | 0 | 0 |
- Het Rijk | 11.145 | 979 |
- Overige Nederlandse overheidslichamen | 1.233 | 1.487 |
Overige vooruitontvangen bedragen die ten bate van volgende begrotingsjaren komen | 2.677 | 2.263 |
Totaal | 35.959 | 25.024 |
Voor een nadere specificatie van de in de balans opgenomen van EU, Rijk en provincies ontvangen voorschotbedragen voor uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel die dienen ter dekking van lasten van de volgende begrotingsjaren wordt verwezen naar bijlage 11b .
Vlottende passiva - Waarborgen en garanties
Het in de balans opgenomen bedrag voor verstrekte waarborgen aan natuurlijke- en rechtspersonen kan als volgt naar de aard van de geldlening gespecificeerd worden:
(bedragen x €1.000) | |||||
Aard/Omschrijving* | Oorspronkelijk | Percentage | Boekwaarde | Boekwaarde | |
---|---|---|---|---|---|
Gewaarborgde geldleningen | - | - | 6.093 | 6.759 | |
Gewaarborgde geldleningen voor het verkrijgen en verbeteren van eigen woningen particulieren | - | - | 5.650 | 7.066 | |
Totaal | 11.743 | 13.825 | |||
* In de bijlage "Staat van gewaarborgde geldleningen" treft u een nadere specificatie aan. |
Het in de balans opgenomen bedrag voor verstrekte garanties bestaat uit de volgende garantstellingen:
(bedragen x €1.000) | ||
Omschrijving | Garantiebedrag 31-12-2020 | Garantiebedrag 31-12-2019 |
---|---|---|
Garantstellingen via waarborgfondsen WEW (NHG) en WSW | 1.010.785 | 1.042.295 |
Overige verleende garanties (o.a. sportverenigingen) | 735 | 700 |
Totaal | 1.011.520 | 1.042.995 |
* In de bijlage "Staat van gewaarborgde geldleningen" treft u een nadere specificatie aan. |
In 2020 is geen aanspraak gemaakt op de verleende borg- en garantstellingen.
Vlottende passiva - Langlopende financiële verplichtingen
De gemeente Deventer is voor een aantal toekomstige jaren verbonden aan verschillende, niet uit de balans blijkende, financiële verplichtingen en heeft meerjarige contracten voor onderhoud, catering en schoonmaak stadskantoor en huur depot archeologie en parkeergarages.
Daarnaast zijn er meerjarige leasecontracten voor roerende goederen (bedrijfsauto's en ICT apparatuur) en uitbesteding afvalverwerking afgesloten.
Samenvatting - niet uit de balans blijkende verplichtingen:
(bedragen x €1.000) | ||||
Totaalbedrag | Gerealiseerd | Gerealiseerd | Raming bedrag restant verplichting | |
Huurovereenkomst huisvesting gemeentelijk apparaat | 4.619 | 1.160 | 674 | 2.786 |
Huurovereenkomsten cultureel-, onderwijs-, welzijn en sportgebouwen* | 425 | 353 | 28 | 43 |
Lease overeenkomsten bedrijfswagens | 407 | 231 | 7 | 158 |
Meerjarenovereenkomsten software ICT | 3.149 | 647 | 768 | 1.733 |
Huurovereenkomsten parkeergarages | 16.615 | 14.482 | 599 | 1.534 |
Uitbesteding afvalverwerking | 41.702 | 14.111 | 9.197 | 18.394 |
Overige overeenkomsten | 6.211 | 3.872 | 782 | 2.214 |
Totaal | 73.128 | 34.856 | 12.055 | 26.862 |
Gebeurtenissen na balansdatum
Op 17-11-2020 heeft het college besloten tot overdracht van de activa van de NV Maatschappelijk Vastgoed Deventer aan de gemeente en dat de exploitatie vanaf 2021 door de gemeente wordt gevoerd. Op 17-2-2021 is de akte van levering van de registergoederen van de NV Maatschappelijk Vastgoed Deventer aan de gemeente gepasseerd.
De jaarrekening is opgemaakt met inachtneming van de voorschriften uit het Besluit Begroting en Verantwoording provincies en gemeenten (BBV) en de verordening ex artikel 212 Gemeentewet, waarin door de gemeenteraad op d.d. 13 maart 2019 de uitgangspunten voor het financiële beleid, alsmede de regels voor het financiële beheer en voor de inrichting van de financiële organisatie zijn vastgesteld.
COVID-19.
De uitbraak van COVID-19 (corona) eind februari 2020 heeft een enorme impact op de organisatie en de realisatie van de begroting 2020. In de jaarrekening en het jaarverslag is zoveel mogelijk een gedegen toelichting opgenomen inzake de werkelijke effecten van corona in 2020 en de (onzekerheden over de) nog te verwachten effecten in 2021.
Deze toelichting is in de jaarrekening zoveel mogelijk opgenomen bij de betreffende balanspost of het betreffende programma.
Meer informatie
Algemene grondslagen voor het opstellen van de jaarrekening
De waardering van de activa en passiva en de bepaling van het resultaat vindt plaats op basis van historische kosten. Tenzij bij het desbetreffende balanshoofd anders is vermeld, worden de activa en passiva opgenomen tegen nominale waarden.
De baten en lasten worden toegerekend aan het jaar waarop zij betrekking hebben. Baten en winsten worden slechts genomen voor zover zij op balansdatum zijn gerealiseerd. Verliezen en risico's die hun oorsprong vinden voor het einde van het begrotingsjaar, worden in acht genomen indien zij voor het opmaken van de jaarrekening bekend zijn geworden.
Dividendopbrengsten van deelnemingen worden als bate genomen op het moment waarop het dividend betaalbaar gesteld wordt.
Met betrekking tot de verwerking van de algemene uitkering heeft de commissie BBV een stellige uitspraak gedaan. Deze uitspraak houdt in dat in de jaarrekening de algemene uitkering wordt opgenomen conform de in het jaar laatst gepubliceerde accresmededeling.
In de jaarrekening 2020 is de algemene uitkering opgenomen op basis van de decembercirculaire 2020.
Eigen bijdrage CAK
Met betrekking tot de eigen bijdragen die het CAK int en aan de gemeenten afdraagt geldt op basis van de Kadernota rechtmatigheid 2018 van de commissie BBV het volgende. Gemeenten kunnen op basis van de overzichten van het CAK wel de aantallen personen, soort en omvang van de zorgverlening beoordelen met de eigen WMO-administratie. Probleempunt is dat door het ontbreken van inkomensgegevens op deze overzichten de informatie over de eigen bijdrage ontoereikend is om als gemeente de juistheid op persoonsniveau en volledigheid van de eigen bijdragen als geheel te kunnen vaststellen. Door de systematiek te kiezen van het vaststellen van eigen bijdragen door het CAK, heeft de wetgever in feite bepaald, dat de verantwoordelijkheid voor de juistheid en volledigheid van de eigen bijdragen geen gemeentelijke verantwoordelijkheid is. Dat betekent dat door de gemeenten geen zekerheden over omvang en hoogte van de eigen bijdragen kunnen worden verkregen als gevolg van het niet kunnen vaststellen van de juistheid op persoonsniveau, zoals hiervoor is toegelicht. De gemeente zal deze onzekerheid in de jaarstukken moeten noemen, ook al ligt de oorzaak niet bij de gemeente.
De gemeente Deventer heeft onvoldoende zekerheid omtrent de volledigheid van de eigen bijdragen Wmo van €1.372.345 in haar jaarrekening 2020.
In de jaarrekening 2020 wordt het bedrag verantwoord dat in het verantwoordingsjaar van het CAK aan afdrachten is ontvangen (=kasstelsel). De reden hiervan is dat bij het CAK sprake is van achterstanden in het verwerken van de opgelegde en nog op te leggen eigen bijdragen waardoor geen betrouwbare schatting is te maken van de ultimo 2020 nog op te leggen en door gemeenten te ontvangen eigen bijdragen.
Personeelslasten worden in principe toegerekend aan het boekjaar waarop ze betrekking hebben. Als gevolg van het formele verbod op het opnemen van voorzieningen c.q. schulden uit hoofde van jaarlijks terugkerende arbeidskosten gerelateerde verplichtingen van vergelijkbaar volume, worden sommige personele lasten toegerekend aan de periode waarin uitbetaling plaatsvindt; daarbij moet worden gedacht aan componenten als ziektekostenpremie ten behoeve van gepensioneerden, overlopende vakantiegeld- en verlofaanspraken.
Voor arbeidskosten gerelateerde verplichtingen van een jaarlijks vergelijkbaar volume wordt geen voorziening getroffen of op andere wijze een verplichting opgenomen. De referentieperiode is dezelfde als die van de meerjarenraming, te weten vier jaar. Indien er sprake is van (eenmalige) schokeffecten (bijvoorbeeld door reorganisaties) dient wel een verplichting opgenomen te worden.
Vaste activa
Algemeen
In 2013 is door de raad de richtlijn activeren en afschrijven vastgesteld. Deze richtlijn is een vertaling van de eisen, welke zijn neergelegd in het Besluit Begroting en Verantwoording provincies en gemeenten (BBV) inzake duurzame activa, naar de Deventer situatie. De richtlijn biedt een actueel kader voor investeringen en de daaruit voortvloeiende activa en afschrijvingen.
Voor de afschrijvingsduur gelden de afschrijvingstermijnen die zijn opgenomen in de richtlijn activeren en afschrijven (2013). In aanvulling hierop is te melden dat de afschrijvingstermijn van de mobiele telefoons is gesteld op 3 jaar dit gezien de dynamische technische ontwikkelingen en dat de betonnen skatevoorziening een afschrijvingstermijn kent van 15 jaar.
In de jaarrekening is, in aanvulling op de richtlijn activeren en afschrijven, uitgegaan van de notitie grondbeleid in begroting en jaarstukken (2019) van de commissie BBV.
Omvangcriterium
Vanaf 1 januari 2005 worden investeringen met een gebruiksduur kleiner dan 3 jaar en/of met een verkrijging- of vervaardigingsprijs lager dan €25.000 niet geactiveerd maar direct ten laste van de programmarekening gebracht.
Vanaf het boekjaar 2013 worden activa, met een verkoop intentie op korte termijn, onder de vlottende activa opgenomen. In de toelichting op de balans wordt de omvang van de actuele waarde vermeld.
Afschrijven
Slijtende investeringen worden vanaf de boekingsperiode direct aansluitend op het moment van ingebruikneming (n+1) lineair of annuïtair afgeschreven gedurende de verwachte gebruiksduur, waarbij rekening wordt gehouden met een eventuele restwaarde. Op grondbezit (zowel met economisch als maatschappelijk nut) wordt niet afgeschreven. Bij de waardering wordt in voorkomende gevallen rekening gehouden met een bijzondere vermindering van de waarde, indien deze naar verwachting duurzaam is. Dergelijke afwaarderingen worden teruggenomen als ze niet langer noodzakelijk blijken.
Vaste activa - Immateriële vaste activa
Algemeen
De immateriële vaste activa worden gewaardeerd tegen de verkrijgings- c.q. vervaardigingsprijs verminderd met de afschrijvingen en waardeverminderingen die naar verwachting duurzaam zijn. Eventuele van derden verkregen specifieke investeringsbijdragen worden in mindering gebracht op het geactiveerde bedrag (artikel 62 lid BBV). Hierbij wordt de verkregen bijdrage als bate te worden verantwoord.
Kosten verbonden aan het sluiten van geldleningen en het saldo van agio en disagio
Afsluitkosten van opgenomen geldleningen worden afgeschreven gedurende de restant looptijd van de betrokken geldlening.
Kosten van onderzoek en ontwikkeling van een bepaald actief.
De kosten van onderzoek en ontwikkeling worden in 5 jaar afgeschreven. De afschrijving van de geactiveerde kosten van onderzoek en ontwikkeling vangt aan bij ingebruikneming van het gerelateerde materiële vaste actief.
Bijdragen aan activa in eigendom van derden.
Bijdragen aan activa van derden worden conform de richtlijnen activeren en afschrijven geactiveerd als ze individueel een bedrag van €25.000 te boven gaan. Dergelijke geactiveerde bijdragen zijn gewaardeerd tegen het bedrag van de verstrekte bijdragen, verminderd met afschrijvingen. De verleende bijdragen worden afgeschreven in de periode waarin het betrokken actief van de derde op basis van de door de gemeente gestelde voorwaarden moet bijdragen aan de publieke taak.
Vaste activa - Materiële vaste activa met economisch nut
Algemeen
Activa worden gewaardeerd op basis van de verkrijgings- of vervaardigingsprijs. De verkrijgingsprijs omvat de inkoopprijs en de bijkomende kosten. De vervaardigingsprijs omvat de aanschaffingskosten van de gebruikte grond- en hulpstoffen en de overige kosten, welke rechtstreeks aan de vervaardiging kunnen worden toegerekend, inclusief de direct toe te rekenen salariskosten. In de vervaardigingsprijs kunnen voorts worden opgenomen een redelijk deel van de indirecte kosten en de rente over het tijdvak dat aan de vervaardiging van het actief kan worden toegerekend; in dat geval vermeldt de toelichting dat deze rente is geactiveerd.
Investeringen met economisch nut
Deze materiële vaste activa zijn gewaardeerd tegen de verkrijgings- of vervaardigingspijs. Specifieke investeringsbijdragen van derden worden op de desbetreffende investering in mindering gebracht.
Warme gronden
Conform de notitie grond grondbeleid in begroting en jaarstukken (2019) worden gronden die zijn verworven met het oog op gebiedsontwikkeling, maar waarvoor nog geen operationele grondexploitatie is vastgesteld opgenomen onder de materiële vaste activa (artikel 52 lid 1 onderdeel a BBV). Dergelijke gronden worden in de regel aangeduid als “warme gronden”. Het toerekenen (activeren) van andere kosten is daarbij niet toegestaan.
Gronden die zijn verworven met het oog op concrete ontwikkeling door de gemeente, maar waarvoor nog geen operationele grondexploitatie is vastgesteld mogen, voor wat betreft de toepassing van artikel 65 lid 1 BBV, worden gewaardeerd tegen de waarde volgens de toekomstige bestemming, mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
- de gronden moeten deel uitmaken van een door de gemeenteraad vastgestelde visie of masterplan voor (een) concrete en binnen afzienbare tijd te starten grondexploitatie(s), waarin de gebiedsontwikkeling van totaalplan naar deelgrondexploitaties is vastgelegd;
- de gebiedsontwikkeling mag niet zodanig conflicteren met de uitkomst van de inventarisatie van bedreigingen dat die de ontwikkeling in de weg kunnen staan, bijvoorbeeld op het gebied van milieu of bereikbaarheid;
- de visie/het masterplan mag niet strijdig zijn met beleid van de provincie en/of het rijk;
- er is een betrokkenheid bij de gebiedsontwikkeling van provincie of rijksoverheid;
- het mag alleen gaan om gebiedsontwikkeling voor de bouw van woningen en niet voor bedrijfsterreinen;
- periodiek (minimaal eens in de 2 jaar) worden de gronden getaxeerd tegen de waarde volgens de toekomstige woningbouwbestemming, met inachtneming van de inherente onzekerheid van de ontwikkelmogelijkheden.
Investeringen met economisch nut, waarvoor ter bestrijding van de kosten een heffing wordt geheven
Wanneer investeringen grotendeels of meer worden gedaan voor riolering, het inzamelen van huishoudelijke afval of andere alsook voor rechten die op grond van art. 229 lid 1 a en b Gemeentewet worden geheven, dan worden deze investeringen op de balans opgenomen in een aparte categorie: de investeringen met economisch nut, waarvoor ter bestrijding van de kosten een heffing kan worden geheven.
Wijziging bestemming activa
Van activa waarvan de bestemming wijzigt (bijvoorbeeld door verkoop) wordt conform artikel 63, lid 5 – BBV de actuele waarde van de nieuwe bestemming toegelicht (verkoop- of taxatiewaarde). Wanneer de duurzame gebruiksintentie eindigt (door verkoopvoornemen), dan wordt het object onder de vlottende activa (voorraden) gerubriceerd. Is de actuele waarde lager dan de boekwaarde, dan vindt afwaardering plaats.
Investeringen met een maatschappelijk nut worden, evenals investeringen met een economisch nut, geactiveerd en over de verwachte toekomstige gebruiksduur afgeschreven. De verplichting om alle investeringen te activeren volgens de nieuwe methode geldt alleen voor investeringen die vanaf het begrotingsjaar 2017 zijn gedaan.
Door de invoering van de nieuwe systematiek blijven verschillen bestaan in de wijze waarop mag worden afgeschreven op investeringen in de openbare ruimte met maatschappelijk nut die vóór het begrotingsjaar 2017 zijn gedaan. Om inzicht te geven in het deel van de activa dat wel vergelijkbaar is qua systematiek is in het verloopoverzicht in de toelichting op de balans aangeven welk bedrag volgens de nieuwe systematiek is verantwoord en welk deel volgens een andere systematiek.
In erfpacht uitgegeven gronden.
Voor in erfpacht uitgegeven gronden geldt de uitgifteprijs van eerste uitgifte als verkrijgingsprijs; dit is de waarde die bij eerste uitgifte als basis voor de canonberekening in aanmerking is genomen. Gronden in eeuwigdurende erfpacht worden gewaardeerd tegen registratiewaarde. Eventuele afkoopsommen voor voortdurende contracten zijn verwerkt onder de langlopende schulden en vervallen naar rato van afkoopperiode vrij ten gunste van het resultaat.
Vaste activa - Financiële vaste activa
Kapitaalverstrekkingen aan gemeenschappelijke regelingen en overige verbonden partijen, (overige) leningen u/g en (overige) uitzettingen zijn – tenzij hierna anders is vermeld - opgenomen tegen nominale waarde. Zo nodig is een voorziening voor verwachte oninbaarheid in mindering gebracht.
Participaties in het aandelenkapitaal van NV’s en BV’s (“kapitaalverstrekkingen aan deelnemingen” in de zin van het BBV) zijn gewaardeerd tegen de verkrijgingsprijs van de aandelen. Indien de waarde van de aandelen onverhoopt structureel mocht dalen tot onder de verkrijgingsprijs zal afwaardering plaatsvinden. Tot dusver is een dergelijke afwaardering niet noodzakelijk gebleken. De actuele waarde ligt ruim boven de verkrijgingsprijs.
Van een deelneming is krachtens artikel 1 lid d BBV sprake als de gemeente participeert in het aandelenkapitaal van een NV of BV.
Vlottende activa
Grond- en hulpstoffen en overige voorraden
Grond- en hulpstoffen en overige voorraden zijn opgenomen tegen verkrijgings- of vervaardigingsprijs. Wanneer de marktwaarde lager is dan de verkrijgings- of vervaardigingsprijs, wordt afgewaardeerd naar deze lagere marktwaarde.
Onderhanden werk, gronden in exploitatie
De als onderhanden werk opgenomen bouwgronden in exploitatie zijn gewaardeerd tegen de vervaardigingsprijs dan wel de lagere marktwaarde. De vervaardigingsprijs omvat de kosten die rechtstreeks aan de vervaardiging kunnen worden toegerekend (zoals grondaankopen en kosten van bouw- en woonrijp maken) alsmede een redelijk te achten aandeel in de rentekosten en de administratie- en beheerskosten.
Voor winstneming geldt de percentage of completion methode: baten en lasten – en het daaruit vloeiende resultaat – worden toegerekend aan de periode waarin deze zijn gerealiseerd. Bij meerjarige projecten betekent dit dat (de verwachte) winst niet pas aan het eind van het project tot stand komt en ook als zodanig moet worden verantwoord. Het verantwoorden van tussentijdse winst is daarmee geen keuze maar een verplichting die voortvloeit uit het realisatiebeginsel.
Bij het bepalen van de tussentijdse winst is het wel noodzakelijk de nodige voorzichtigheid te betrachten. Indien aan de volgende voorwaarden is voldaan, bestaat er voldoende zekerheid en dient er winst te worden genomen:
- Het resultaat op de grondexploitatie kan betrouwbaar worden ingeschat.
- De grond (of het deelperceel) moet zijn verkocht.
- De kosten zijn gerealiseerd (winst wordt naar rato van de realisatie gerealiseerd).
Zolang daarvan geen sprake is, worden de verkregen verkoopopbrengsten ten volle op de vervaardigingskosten in mindering gebracht. Indien er sprake is van winst, wordt deze berekend op basis van de eindwaarde van het project, conform de notitie “grondbeleid in begroting en jaarstukken (2019)” van de commissie BBV. Als de berekening van de tussentijdse winstneming volgens de percentage of completion methode ertoe leidt dat in eerdere jaren te veel winst is genomen, dan neemt de gemeente de eerder te veel genomen winst terug. Subsidiebaten en de daarbij behorende subsidiabele kosten bij grondexploitaties maken geen onderdeel uit van de tussentijdse winstneming en worden verantwoord op het moment dat de subsidie volgens de subsidievoorwaarden is gerealiseerd.
Gereed product
Gerede producten worden gewaardeerd tegen de kostprijs of tegen de marktwaarde indien de marktwaarde lager is dan de kostprijs. Dat laatste doet zich vooral voor indien voorraden incourant worden. De kostprijs bestaat uit de verrekenprijzen van grond- en hulpstoffen de loon- en machinekosten die aan de vervaardiging kunnen worden toegerekend.
Uitzettingen met een rentetypische looptijd korter dan 1 jaar
Vorderingen
De vorderingen worden gewaardeerd tegen nominale waarde. Voor verwachte oninbaarheid is een voorziening in mindering gebracht. De voorziening is inzake de algemene private debiteuren bepaald op basis van de geschatte inningskansen per individuele vordering (statische methode). De voorziening voor de belasting debiteuren is daarentegen dynamisch bepaald in verband met het grote aantal kleine vorderingen.
Liquide middelen
Deze activa worden tegen nominale waarde opgenomen.
Overlopende posten
De overlopende activa maken onderdeel uit van de vlottende activa (artikel 37 – BBV). Onder de overlopende activa vallen de vooruitbetaalde kosten en nog te ontvangen bedragen.
Vooruitbetaalde kosten zijn kosten die reeds zijn betaald, maar waarvan de prestatie (nut) na de balansdatum valt.
Nog te ontvangen bedragen betreft nog te factureren geleverde prestaties. De grondslag voor de ‘vordering’ is voor de balansdatum ontstaan.
Overlopende activa worden gewaardeerd tegen verkrijgingsprijs (artikel 63 – BBV).
Vaste passiva
Reserves
In de, in 2018 door de raad, vastgestelde geactualiseerde beleidsnota reserves en voorzieningen wordt het kaderstellend beleid voor de reserves weergegeven.
Conform artikel 19 – BBV bevat de toelichting op het overzicht van baten en lasten een overzicht van de structurele toevoegingen en onttrekkingen aan de reserves.
Voorzieningen
In de, in 2018 door de raad, vastgesteld geactualiseerde beleidsnota reserves en voorzieningen wordt het kaderstellend beleid voor voorzieningen weergegeven.
Voorzieningen worden gewaardeerd op het nominale bedrag van de betrokken verplichting c.q. het voorzienbare verlies. De pensioenverplichting ten behoeve van de wethouders is echter tegen de contante waarde van de (reeds opgebouwde) toekomstige uitkeringsverplichtingen gewaardeerd. De onderhoudsegalisatievoorzieningen stoelen op een meerjarenraming van het uit te voeren groot onderhoud aan (een deel van) de gemeentelijke kapitaalgoederen, waarin rekening is gehouden met de kwaliteitseisen die ter zake geformuleerd zijn. In de paragraaf onderhoud kapitaalgoederen die is opgenomen in het jaarverslag is het beleid ter zake nader uiteengezet.
Indien sprake is van achterstallig onderhoud: Hiervoor moet een voorziening worden gevormd. Met ingang van begroting 2021 is dit van toepassing, eerdere toepassing wenselijk: Het is niet langer toegestaan om bij onvoldoende financiële middelen een termijn van vier jaar te hanteren voor het vormen van de voorziening. De reden hiervoor is het effect op de financiële kengetallen. Er kan in geen van de voorkomende gevallen sprake zijn van een negatieve voorziening. Een onverwacht bij de jaarrekening gesignaleerde negatieve stand moet via een eenmalige last worden gedekt. Een tijdig bij de begroting gesignaleerde verwachte negatieve stand moet via aanpassing van de toekomstige stortingen worden gedekt.
In geval van achterstallig onderhoud, waarbij sprake is van kapitaalvernietiging en/of onveilige situaties, wordt er op basis van artikel 44 lid 1a BBV een voorziening gevormd.
Vaste schulden
Vaste schulden worden gewaardeerd tegen de nominale waarde verminderd met de gerealiseerde aflossingen. De vaste schulden hebben een rentetypische looptijd van één jaar of langer.
Verplichting voortvloeiend uit leasing
De waardering van de verplichting uit hoofde van de financial leasing van de vervoermiddelen vindt plaats tegen de contante waarde van de contractueel verschuldigde leasetermijnen.
Incidentele baten en lasten
Conform artikel 28 – BBV is in de toelichting op de programmarekening een overzicht van de incidentele baten en lasten per programma. Daarin worden per programma de belangrijkste posten (> €100.000) afzonderlijk gespecificeerd.
Nog te bepalen en te bestemmen resultaat
De basis voor de jaarrekening ligt in de door de gemeenteraad vastgestelde begroting. In de jaarrekening dient tot uitdrukking te worden gebracht, wat werkelijk is gebeurd ten opzichte van de door de raad vastgelegde voornemens in de begroting, inclusief later daarin aangebrachte wijzigingen. Door middel van de voorgeschreven analyse tussen de rekening- en begrotingscijfers wordt inzicht verstrekt in de - eventueel - ontstane verschillen. Conform de programmabegroting mogen in de diverse programma’s geen stortingen en onttrekkingen met betrekking tot de reserves worden opgenomen. Deze mutaties worden gepresenteerd in het overzicht werkelijke toevoegingen en onttrekkingen aan reserves. Nadat het resultaat van de rekening (inclusief exploitatiemutaties in reserves) is bepaald, wordt dit afzonderlijk op de balans vermeld en in de jaarrekening vastgelegd. Na vaststelling van de jaarrekening neemt de gemeenteraad vervolgens een besluit over de bestemming van het resultaat.
Vlottende passiva
Vlottende passiva
De vlottende passiva worden gewaardeerd tegen de nominale waarde.
Borg- en Garantstellingen
Voor zover leningen door de gemeente gewaarborgd zijn, is buiten de telling het totaalbedrag van de geborgde schuldrestanten per einde boekjaar opgenomen. Overigens is in de toelichting op de balans nadere informatie opgenomen.
Overlopende passiva
Overlopende passiva zijn verplichtingen die in het begrotingsjaar zijn opgebouwd en die in een volgend begrotingsjaar tot betaling komen (met uitzondering van jaarlijks terugkerende arbeidskosten gerelateerde verplichtingen van vergelijkbaar volume (artikel 49, lid 1 – BBV)). Een essentieel kenmerk is dat voor de gemeente een verplichting bestaat. Een verplichting is een plicht of verantwoordelijkheid tegenover een derde om op een bepaalde manier te handelen of te presteren (dit kan voortkomen uit een overeenkomst maar ook uit, door een derde reeds geleverde prestatie waarvoor nog geen betaling heeft plaatsgevonden). Verplichtingen kunnen rechtens afdwingbaar zijn als gevolg van een bindende overeenkomst of wettelijke vereiste.
Vanaf 01-01-2008 worden van Europese en Nederlandse overheidslichamen ontvangen voorschotbedragen voor uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel die dienen ter dekking van lasten van volgende begrotingsjaren onder de overlopende passiva opgenomen (artikel 49, onderdeel b– BBV).
Indien op basis van de voorwaarden van de specifieke doeluitkering het niet bestede bedrag moet worden terugbetaald, dan is dit terug te betalen voorschotbedrag verantwoord onder de netto vlottende schulden (artikel 48, onderdeel d – BBV en vraag 2 van deel 15 – vragen en antwoordenrubriek).
Overlopende passiva worden gewaardeerd tegen nominale waarde (artikel 63 lid 7 – BBV).